Again and again and again

Wat een tegenstellingen deze dagen want hadden we afgelopen nacht nog lichte vorst in Williams, nu zitten we op de campground bij Lake Mead nog heel laat buiten omdat het bizar heet is. Waar het aan ligt weet ik niet maar toch slapen we prima. Als ik ‘s-morgens de camper uitstap en op de buitentafel vergeten flessen en glazen zie weet ik het wel: oorzaak drank! ? Volgens het weerbericht gaat Vegas vandaag de 35 graden aantikken. Dat is ook hier te merken want tijdens het ontbijt wordt het al knap warm. ? Tijd om in te pakken en let’s get ready to rumble, Sin City here we come! Mijn lover en ik, dé Vegas lovers, hebben een lijst met highlights voor Piet en Wilma gemaakt. Maar zij hebben ook een eigen plannetje….? Piet heeft namelijk drie bezoeken die hij in Vegas wil doen: een speciale drankenhandel voor zijn favoriete whisky, Rick’s gold & silver Pawnshop (bekend van tv) en…. ‘Als we dan toch in Vegas zijn wil ik samen met Wilma naar de Chapel, dezelfde als waar jullie zijn geweest.’ zei Piet een paar dagen terug ineens. ? Wow, is dat leuk! Onze eerste stop is bij het ‘Welcome-sign’, de campers parkeren we bij het tegenover gelegen Harley Davidson pand. De hitte valt op ons neer als we rond een uurtje of tien uitstappen. Bij het sign krioelt het al van de toeristen, twee bruidsparen, een Elvis look-a-like en de Vegas meiden met veren op hun hoofd en kont. Mijn lover dirigeert onze vrienden naar het sign en schiet wat foto’s. ‘Dan moet het hier maar gebeuren!’ lacht Piet en daar komt het: het momentje waar wij vrouwen op wachten.? Hij gaat op zijn knieën voor Wilma. ❤️ Over the Strip rijden we vervolgens iets buiten het centrum naar de slijterij. Piet heeft deze tip van een andere ‘whiskykenner’ gekregen en die heeft niets teveel gezegd! Wat een ruime, grote en soms ook hele dure sortering drank is hier. Je mag gerust stellen dat als deze zaak het niet verkoopt dan bestaat het niet. De prijs is per fles hé…. Ach, als we toch binnen zijn scoor ik zelf ook maar wat lekkers. ? Missie geslaagd en op naar de campground van hotel Mainstreet Station bij Fremontstreet. Daar hebben we geluk: twee plekken naast elkaar en ook nog bij de enkele bomen die het terrein rijk is. Rond één uur zitten we onder de bomen puffend wat fruit als lunch te snavelen terwijl we bedenken hoe Wilma aan een jurk kan komen. Uiteindelijk duik ik mijn kledingkast maar eens in want het voorstel van Piet om te gaan shoppen wuiven we weg: veel te warm! Het is even puzzelen voor de veel slankere Wilma, een soort ‘Patty Brard zoekt een outfit voor Doutzen Kroes’ maar het lukt! ? Om bij de Chapel te komen lopen we door de nog vrij rustige Fremontstreet. Op de hoek bij de Ierse pub staat een straatzanger. Daar doen we eerst maar een drankje en de bruidegom zingt een liefdesliedje mee voor zijn bruid. Ik kan zo genieten van dit gedeelte Vegas: Fremontstreet en dan om de hoek waar de Chapels beginnen. Eerst krijg je de Schotse Chapel en iets verderop is ie dan: de Graceland Weddingchapel. ‘Weet je nog, 2 jaar geleden?’ vraag ik romantisch aan mijn lover. Die kijkt me verstrooid aan terwijl hij mompelt; ‘Ja, ja, even wachten want ik ben nu druk met de foto’s!’ ? Hoeveel bruidsparen zijn hier al getrouwd en zullen er nog bijkomen? Nu zetten ook Piet en Wilma deze stad als hun city of love op de lijst. ❤️ Iets verderop zit de volgende stop van Piet, de Pawnshop. 13 procent rente….. per maand ! ?Deze is bekend van tv en ik denk dáárom flink druk want goedkoop is het hier zeker niet. In de hitte durven we nog tot aan de Stratosphere, de enorme uitzichttoren, te wandelen maar nemen daar dan toch echt de bus naar the Strip. We slenteren door hotel New York, eten een Italiaans ijsje en sleuren Piet en Wilma van het ene bijzonder themahotel naar het andere. Zou het nou echt ? ? Ja….Sowieso rare dingen die Amerikaanse toiletten. ‘Het lijkt alsof het steeds gekker wordt!’ zeggen mijn lover en ik tegen elkaar. Want is het de hitte of worden wij oud maar wat loopt er dit keer allemaal rond! Meiden in minuscule bikini’s met een doorzichtige blouse erover of hele korte broeken met daarop alleen een bh. Of een badpak. ? De wachttijd bij ons favoriete restaurant in Paris, Mon Ami Gabi, is lang. Al met al moeten we bijna anderhalf uur wachten. Maar het is het waard! We zitten buiten met uitzicht op de Fontein van Bellagio en het eten is prima. Vegas is Vegas en we verliezen de tijd zodat we iets na middernacht ? terug zijn bij de campers. Een paar uur later branden we de hut uit en in de schaduw eten we ons laatste ontbijtje met elkaar. Piet en Wilma gaan richting Zion en Bryce. Wij blijven nog een paar dagen afkicken in Vegas. ? Als we het stel hebben uitgezwaaid snif, snif,besluiten we naar het zwembad in hotel Californië te gaan. Je mag gebruik maken van de faciliteiten van dit hotel want het hoort bij het Mainstreet Station hotel waar de campground van is. Top geregeld: leuk zwembad, op de 13e verdieping, met prima ligbedden en gratis handdoeken. De foodcourt beneden heeft lekkere snacks voor zeer acceptabele prijzen. ? ‘s-Avonds maken we een rondje over Fremont en eten bij Tony Roma. Het is stil vanavond, het weekend en de drukte zijn voorbij. Maandagmiddag zien we Peter en Jennifer die met hun tweeling ook in Vegas zijn. Leuk om elkaar weer te treffen. Zij gaan daarna naar een show in het Mandalay Bay. Wij komen per ongeluk in een pianobar terecht waar het happy hour is….? Leuk weetje is dat de happy hour tijden in Vegas ook ‘s-nachts zijn van 01.00 tot 03.00 uur. Rond die tijd zijn wij inmiddels op Fremontstreet beland waar we allebei door de blaren op onze voeten als verdwaalde pinguïns rondzwalken. Langs de verschillende types: dronken, stoned, de toeristen, de zwervers en de bijzondere strippers zoals hij met zijn sexy slip en rollator.   ‘Als we alles vergokt hebben kunnen we zo eindigen. Erg toch!’ grinnik ik tegen mijn lover. Verderop speelt een band ‘Sweet home Alabama’. Een vent met een cowboyhoed knipoogt naar me en terwijl ik voorbij loop zeg ik; ‘Vat geen kou boy’! ? Het is een vreselijk flauw woordgrapje, I know en hij begrijpt me natuurlijk niet. Maar zou er iemand op dit tijdstip in Vegas zijn die het allemaal nog wel snapt? Een paar uur later slenteren we niet uitgeslapen maar fris gewassen naar de Starbucks. Als we de weg oversteken zegt mijn lover lachend, ‘Wat liep jij hier gek te doen vannacht!’ Ik reageer heel behoedzaam want is dat zo….? ‘Je liep als een majorette terwijl je keihard ‘Sweet home Alabama!’ zong.

Ik wist het: Vegas je doet gekke dingen met de mens! ?
Inmiddels hebben we Vegas verlaten en zitten al voorbij Salt Lake City. Het bruidspaar is weer thuis, heeft hun nieuwtje verteld en wij, wij zeggen niets meer want ‘What happens in Vegas….’ ?

Extra editie!! Noodweer!

Als ik woensdagochtend wakker ben klim ik uit bed en open het keukenraam, wow, wat een uitzicht. Het is nog vroeg maar de lucht is blauw inclusief wat witte wolken. Met een beetje fantasie zie ik Old Shatterhand en Winnetou bovenop de rotsen staan. Bij Wilma en Piet is deur ook al open: tijd voor ontbijt met een view. ? Op mijn vraag; ‘Gaan we nog paardrijden?’ komt een lauwe reactie want Piet en Roel hebben er geen zin. ‘Ik ben me daar gek om 80 dollar neer te tellen voor die Indiaan met zijn paard!’ zegt mijn lover, ‘Maar je moet het zelf weten, je denkt dat je niet durft en een uur is zo voorbij, dan ben je nog op weg naar de Valley beneden!’ ? Natuurlijk heeft ie gelijk het is een belachelijk bedrag. Wilma twijfelt ook nog dus ik besluit het paard en de Indiaan maar te schrappen. Via Kayenta zetten we koers naar de Grand Canyon met een stop bij de Trading Post in Cameron, een super grote souvenirswinkel. Daar doet Wilma deze grappige ontdekking: het tasje is volgens zeggen door de natives gemaakt maar als zij erin kijkt ziet ze het label ‘Made in China’. ?  Vanaf hier rijden we naar de oost ingang van het Grand Canyon National Park waar de ranger vertelt dat er nog wel plekken vrij zijn op de campground. Voor de zekerheid stoppen we alleen bij het eerste uitzichtpunt op de Canyon en rijden dan gelijk door voor een plaats om te overnachten. Maar de ranger had het mis en beide campings zitten vol. ? Op Mather campground geeft een andere ranger een goeie tip; ‘Buiten het park richting Tusayan is BLM land waar je gratis kan staan.’ Inderdaad net er buiten zijn links en rechts mooie plekken in het bos. Doordat we inmiddels in Arizona zijn waar de klok een uur terug gaat, hebben we een ‘vroegertje’. Wilma en ik genieten met een wijntje in het zonnetje, Roel werkt aan zijn foto’s en Piet treft voorbereidingen voor zijn zelfgemaakte nasi. Ik zeg; ‘Prima rolverdeling!’ ? Na een fris nachtje lijkt het donderdag een redelijk dag te worden en kunnen we al weer buiten ontbijten. Dan is het tijd voor de Grand Canyon. Ons planning is: eerst bij het Visitor centre een aantal uitzichtpunten bekijken, bij de Village een stuk de Canyon in lopen en als laatste het gedeelte van de Rim met de shuttlebus tot Hermits Rest. Dit stuk is voor auto/camper verboden, je mag er wel met de fiets in. Dat hebben wij vorig jaar gedaan. Terwijl we genieten van de eerste uitzichten pakken in de verte donkere wolken samen. Ineens klinkt daar ook een donder! ‘Het is nog ver weg maar ik ga echt die Canyon niet in wandelen als het gaat onweren.’ roept mijn lover. Vertwijfeld kijken we naar de lucht, we zijn niet voor niets helemaal hier naar toe gereden. ? Het begint te druppen maar het onweer lijkt niet dichterbij te komen. In de camper wachten we dus maar met koffie/thee tot de bui over is. Dan gaan de wandelschoenen toch aan en duiken we de Canyon in waar we een gedeelte van het pad naar beneden lopen en….ook weer omhoog! ? Ondanks het onweer dat in de verte blijft klinken is de zon gaan schijnen. We wagen het er op en nemen de shuttlebus. Deze stopt op een aantal uitzichtpunten waar je op en af kan stappen wanneer je wilt. Ongeveer op de helft bij Powell Point besluit mijn lover; ‘Hier eruit, dan lopen we langs de Canyon naar het volgende punt.’ Al babbelend wandelen we naar de rand van de Canyon. Bijzonder is dat wij vrouwen de naam hebben maar mannen vaak veel meer kwekken….? De heren fotograferen en wij dames kijken zonder lens in het rond. ? In de verte komen de donkere wolken ineens snel dichtbij en een lichtflits schiet door de lucht. ‘Gewoon een buitje voor het stof!’ lach ik de anderen uit. ? Als het echter hard begint te waaien besluiten Piet en Roel dat we terug naar de bushalte moeten en geven instructies wat te doen als het onweer komt. Ik vind het lichtelijk overdreven maar luister braaf. De eerste dikke druppels vallen en WTF de regenjassen zitten in mijn rugzakje. Onder een boom probeer ik ze snel te pakken, ‘Ga verdorie onder die boom vandaan, ik zeg het net, je luistert echt niet!’ foetert mijn lover direct. Vanuit de kant van het Visitor centre klinken nu ook sirenes, het is eigenlijk best scarey aan het worden! Als er een bus verschijnt trekken we een sprintje maar er zijn er meer die dat doen. Na wat drukken en duwen is de bus vol, doet de chauffeur de deuren dicht en staan wij nog buiten. ? Het onweer hangt nu recht boven ons en de regen is overgegaan in hagel. De bus wil vertrekken maar daar is ie: mijn superman die roept; ‘Die gaat niet weg voordat wij erin zitten!’ ? Terwijl iedereen braaf op de volgende bus staat te wachten doet mijn lover eigenwijs de act ‘last man standing’ voor de bus. ? Eerlijk waar, soms ben ik niet eens verbaasd meer over zijn acties. Net als vroeger met mijn hondjes kan ik roepen wat ik wil maar hij komt niet en met vrees kijk ik naar de beslagen ruiten want als de chauffeur gas geeft….? De redding komt van Wilma die een volgende bus ziet naderen en inmiddels zeiknat rennen we er heen. ‘Hurry, hurry, everybody we are going to evacuate the Rim!’ roept de chauffeur. Alle mensen moeten de bus in en doordat we allemaal kletsnat zijn beslaan gelijk de ramen. We worden er lacherig van, ‘Zie je nou dat wij het aantrekken, er is altijd wel iets raars!’ grinnik ik. Terug bij de Village, waar de camper staat, is het een waterballet. De wegen en spoorrails zijn veranderd in kleine snelstromende riviertjes. Door het water rennen we terug naar de camper. De hagel klettert zo hard dat we niet veel zien, Piet en Wilma lopen te ver door, ‘Terug, terug, deze kant op naar de camper!’ buldert mijn lover. Omgekleed zitten we even later bij elkaar en besluiten de Canyon te verlaten want de lucht ziet er niet naar uit dat het snel zal opklaren. Wat een avontuur weer: evacuatie in de Canyon, dat krijg je toch niet verzonnen! ?

Een gedeelte van Route 66 en Williams zijn de volgende bestemmingen. Mijn lover en ik zijn al eens in dit toeristische maar leuke stadje geweest en rijden naar Railside RV Ranch waar we eerder stonden. Ook nu hebben we geluk. De vriendelijke receptioniste geeft gelijk een waarschuwing voor nachtvorst, ‘Heb erg in de waterleidingen, laat ze niet bevriezen.’ Na het noodweer van vanmorgen geloven we haar gelijk. ? Piet en Wilma springen bij ons in de hut en we rijden naar het centrum. In de hoofdstraat slenteren we langs winkeltjes en restaurants om uiteindelijk bij Rod’s Steakhouse een prima stukkie vlees te eten. Een dansje op straat bij terras met live muziek… Terug op de campground maken wij dames nog gebruik van de laundry die, thank you Lord, 24 uur open is. Als de was klaar is en we terug lopen is het koud en de hemel vol met sterren, hoe mooi! ? De volgende morgen schijnt de zon uitbundig. Wat jammer, dit weer hadden we gisteren in de Canyon moeten hebben. Over de Route 66 rijden we naar Seligman, een piepkleine toeristentrekker waar alles in het teken staat van deze wereldberoemde weg. Ook nu is er weer genoeg grappigs te ontdekken voor een foto. Terwijl Wilma en ik wat kleding uitzoeken vindt Piet aansluiting bij het plaatselijk vrouwelijk schoon. ? Dan ineens is ie daar: John Wayne! En niet alleen een kartonnen versie maar ook een real cowboy met twee paarden. ‘Ga er op!’ roepen mijn drie reisgenoten in koor. Daar staat deze Cheryl in een roze korte broek op slippers met een tijgerprint. Of het komt door mijn hoed die mij het gevoel geeft dat ik in het Wilde Westen ben weet ik niet maar ik hoor mezelf zeggen, ‘Ik ga het doen?!’ ? De cowboy helpt me, althans hij helpt het paard om te blijven staan want ik ben niet zo lenig en trek het dier zo wat om. Wow, wat een klim maar ik zit! ?? Voor de foto geeft hij zelfs zijn geweer af en dan gaat het bijna mis. ‘Nooooo, don’t put your finger on the trigger!!!’ schreeuwt ie. Wat blijkt er zitten  gewoon echte kogels in! Dit kan alleen maar in the States. ?  Had ik haast als een soort mislukte Buffalo Bill schietend door de straten gegaloppeerd met mijn paard. Na al deze gekkigheid rijden we verder op weg naar de Hooverdam. In Hackberry maken we nog een quick stop om Piet het Douane-embleem te laten zien wat ik hier in 2017 heb achtergelaten. Er hangt heel veel maar die van mij is niet meer te vinden. ?

Voor de ingang bij de Hooverdam krijgen we net als vorige keer een security check. De luiken aan de buitenkant moeten open en ze kijken vluchtig in de camper. De dam is en blijft heel indrukwekkend en warm want ook deze keer is het super heet. Puffend lopen we terug naar de parkeerplaats waar de campers staan. Het is eind van de middag als we iets verder bij Lake Mead de campground op rijden. Je kan er full hook-up of dry camping (zonder voorzieningen) staan. Wij kiezen voor het laatste omdat de plekken veel mooier zijn. De full hook-up staan zij aan zij en heel dicht op elkaar. ? Met een wijntje mijmer ik later op de avond in de schemer wat voor me uit. Aan de ene kant het donkere meer en aan de andere kant in de verte de lucht die oplicht door de vele lichtjes van de megastad Las Vegas, waar we morgen naar toe gaan, Yes! Afgelopen week hebben mijn lover en ik een aantal bezienswaardigheden dubbel gehad maar nog steeds is het heel erg mooi en genieten. Om deze reden schrijf ik ook niet over het ontstaan van Route 66 en de Hooverdam want dat staat in vorige blogs al beschreven. ‘Over Vegas hoef je ook niet veel te schrijven want daar heb je al boeken over vol!’ grapt mijn lover. Maar dat heeft ie mis want morgen, zaterdag, gaat een bijzondere dag worden in Sin City, the City that never sleeps, the City of love….??

Iets met Mesa of zo….

Als we donderdagavond net zitten te eten pingt mijn telefoon, ‘Dat zal Piet zijn, ik ben benieuwd waar ze momenteel zitten.’ zeg ik en check mijn phone. Met verbazing lees ik het bericht. Even terug naar een paar maanden geleden in Nederland: Piet is een voormalige collega uit mijn douanetijd. Ik was leidinggevende en hij mijn technische steun en toeverlaat bij een bewapende eennheid die ten strijde trok om de Rotterdamse haven veilig en schoon van drugs te houden. We hadden een prima tijd alhoewel we ook wel eens een meningsverschil hadden als ik niet helemaal de wet in acht nam of het per ongeluk vergat….? Ook nadat ik ontslag heb genomen om te gaan reizen zien we elkaar nog regelmatig. In 2017 hebben we Piet en Wilma in Yellowstone ontmoet toen zij met een huurcamper aan het toeren waren. Nu gaan ze van Denver naar Salt Lake City, zou het leuk zijn om elkaar weer ergens te treffen? De weken erna volgden nog vele berichtjes oa. over Four Corners en Mesa Verde en we besloten elkaar in Mesa te zien. Piet boekte nog snel een plekkie voor ons op dezelfde campground als waar zij heen gaan en nu, terwijl ik in Durango op een uur rijden van Mesa Verde ben, zou het niet kloppen! ? Mijn lover stuurt hem een berichtje terug en probeert dan om via messenger te bellen. Als dat gelukt is blijkt al snel dat Piet en ik elkaar verkeerd begrepen hebben. Er zijn meerdere Mesa’s ? net zoals er ook meerdere hondjes Fikkie heten. Resultaat is dat we morgen zo’n 230 mijl moeten rijden inclusief ook weer de Million Dollar Highway. ? Als we uitgelachen zijn merkt mijn lover op, ‘Ik begin nu te snappen dat jullie bij de Douane af en toe niets ‘vingen’ want als de communicatie daar ook zo was stonden jullie vast wel eens op de verkeerde boot!’ ? Maar zoals gezegd ieder nadeel heeft een voordeel en als we vrijdagmorgen aan dezelfde weg terug beginnen is het dit keer stralend weer. Een bijna wolkenloze strakblauwe lucht en de sneeuw glinstert zo erg dat zelfs Roel zijn zonnebril op doet. ‘Nu wil ik rijden want jij hebt deze weg dinsdag al gereden!’ beslist ie. Dat betekent dat ik dus met de camera’s aan de slag moet. In Silverton doen we weer een koffie/thee en dan gaat het verder omhoog. Maar op het tweede stuk loopt het mis, volgens mijn lover saboteer ik de boel, ‘Je doet net alsof je het niet snapt met die camera, kruip dan maar weer achter het stuur!’ moppert ie. De rit is voorspoedig en rond 16.00 uur zitten we na de gebruikelijke begroeting met borrelnootjes met elkaar op de juiste ‘Mesa’ in Gunnison aan een wijntje. ?Om het mooie verhaal af te sluiten en het weerzien te vieren eten we ‘s-avonds bij de plaatselijke Mexicaan. Daar nemen we met elkaar hun lijstje met bezienswaardigheden door, plannen een route en halen ze over om toch de Grand Canyon en Las Vegas te bezoeken. Deze, voor ons favoriete stad, staat gewoon niet op hun lijst! ? Zaterdagmorgen rijden we naar het Black Canyon Gunnison National Park, die een van de diepste, smalste en langste kloven van de wereld heeft. Vanaf de campground is het een rit van ongeveer 100 kilometer, met een tussenstop bij de indrukwekkende Crystal stuwdam.Maar het is niet alleen genieten maar ook ‘werken’ want Piet krijgt tips over fotografie van Roel. Na een lange mooie dag steken we ‘s-avonds de BBQ aan waarna mijn lover op zoek gaat naar de speelkaarten die natuurlijk pas na heel wat graafwerk onderin de camper gevonden worden. We komen wel de winterjassen tegen! ? Onder het genot van een wijntje doen we een spelletje klaverjassen en dan blijkt Piet wel heel fanatiek te zijn! ?? Hij en ik spelen tegen Roel en Wilma die na hun verlies gelijk morgenavond revanche willen. De volgende ochtend maken we ons klaar voor een flinke rit: dezelfde die mijn lover en ik nu al twee keer hebben gemaakt: de Million Dollar Highway! ‘Kom maar op met die pas, dit gaat de derde keer worden!’ grap ik tegen mijn lover. Voordat we zover zijn plakken Piet en Roel eerst een grote stikker met een Nederlandse vlag op de motorkap

en doen we in een oude tot restaurant verbouwde kerk in Montrose koffie/thee met iets lekkers. Aldaar gaat het door tot Ouray waar de pas begint. Het is de afgelopen twee dagen warmer geweest en dat is te merken. De bomen zijn nu ineens groen en de grote hopen sneeuw langs de kant zijn zichtbaar aan het smelten. In Silverton hopen de heren dat ze de trein Durango-Silverton kunnen spotten en ze hebben geluk want als we de hoofdstraat inrijden staat de trein op punt van vertrekken. Mijn lover zet de hut bij de trein en springt dan met spullen eruit naar Piet die hij aanmaant hetzelfde te doen terwijl ie in het voorbijgaan nog roept; ‘Zet maar vast een theetje, we zijn zo terug!’  Terwijl Wilma en ik bezig zijn met thee en een boterhammetje maken komt er een politiewagen mét zwaailicht naast de campers en bromsnor stapt uit. Hij klopt op de deur en ik doe open, ‘Hello sir!’ zeg ik vriendelijk tegen de norse man die de domme vraag stelt, ‘Is this your RV?’ ? Hij sommeert dat de RV’s direct weg moeten anders krijgen we een bekeuring. De reden: we staan te dicht bij de trein geparkeerd en dat mag niet. ?Als we Silverton uitrijden zien we nog net hoe bromsnor een andere weggebruiker een bekeuring geeft. Over de slingerende weg gaat het verder en ineens staat daar een Moose, hoe mooi! ?En even later een warmwaterbron die in de loop van de jaren steeds groter wordt. In Durango schieten we campground United weer op waar mijn lover twee kapotte lampen repareert die door het schudden op de hobbelige weg los zijn gaan zitten. Na het eten komen de kaarten op tafel maar wederom zijn Piet en ik vanavond het winnende koppel. ?? Maandag is het Memorial Day, we doen wat boodschappen en heel Amerikaans kopen we een koffietje tijdens het shoppen. ? Dan gaan we eindelijk naar Mesa Verde National Park. Dit is in de geschiedenis bekend geworden door het grote aantal goed bewaarde klifwoningen gebouwd door de Anasazi-indianen in ondiepe grotten in de wanden van het ravijn. Zij waren waarschijnlijk de voorgangers van de Pueblo bevolking, de latere bewoners van deze grotten. Bij Piet en mij is het bekend geworden door de miscommunicatie over het woord Mesa.? Er zijn drie loops wat de totale route door het park op ongeveer 40 kilometer brengt. Wij vonden het zeker interessant maar ook veel van hetzelfde. ? Vanaf hier rijden we over de Highway 160 naar Four Corners, het kruispunt waar vier staten (Colorado, Arizona, Utah en New Mexico) elk met een hoek van negentig graden, samenkomen. Dit punt is trouwens het enige vierstatenpunt in Amerika en ondanks de afgelegen ligging zeer toeristisch. Het is land van de Indianen en de entreeprijs 10 dollar per auto. De nationale parkenpas is niet geldig. Het weer is inmiddels omgeslagen, donkere wolken hangen boven ons en een keiharde wind laat de camper schudden. Er is gelukkig maar een kleine wachtrij voor het fotomoment op het monument. Verder staan er nog wat kraampjes met sieraden en andere prullaria zoals kerstballen. Natuurlijk kan ik het niet laten en koop een mooie maar veel te dure voor mijn verzameling. ? Via de smalle en bochtige 162, met verschillende olie ja-knikkers, komen we in de kleine plaats Bluff (nog geen 400 inwoners) waar op Cadillac Ranch RV park de lichten na een vermoeiende dag vroeg uit gaan. Als we ‘s-morgens wakker worden is het eindelijk na dagen weer eens aangenaam warm zodat we buiten kunnen ontbijten. De omgeving hier kenmerkt zich door bijzondere rotsformaties zoals de Twin Rocks. Bij het maken van de lijst met bezienswaardigheden kwam Piet met Natural Bridges National Monument. Het was het eerste in de staat Utah. Er komen hier twee canyons samen, de White en de Armstrong en bevat de op één na grootste natuurlijke brug ter wereld, Sipapu Bridge. Na een wandeling met afdalingen bestaande uit trappen en houten ladders komen we bij het uitzichtpunt. Daarnaast zijn er nog twee andere natuurlijke bruggen in het park. We brengen alleen de ochtend hier door want willen rond een uur of 16.30 uur bij Monument Valley zijn om daar vanavond de zonsondergang te zien. Mijn lover en ik waren hier al eerder (oktober 2017) met mijn ouders. Tijdens de lunch zegt Piet; ‘Ik heb een tip gekregen over de Moki Dugway, dit schijnt een bijzondere weg te zijn en hij begint hier ergens net buiten het park.’ Het wordt op de kaart opgezocht en als blijkt dat het een kortere route is naar Monument Valley zijn de heren om. Bij mij slaat een lichte twijfel toe als ik hoor dat deze weg ook vaak gebruikt is voor reclame filmopnamen van onder andere Audi. ? Waar hebben we het over: de State Route 261, een weg van ongeveer 54 kilometer, het grootste gedeelte is verhard maar er is ook een stuk gravel van zo’n 5 kilometer. Alleen dit gedeelte wordt de Moki Dugway genoemd. In totaal stijgt de weg 335 meter, de maximale hoogte waarop je komt is 1958 meter en er zijn een flink aantal smalle bochten met een hellingspercentage van 10%. We komen aanrijden bij het bord Moki Dugway en alle vier springen we eruit want natuurlijk willen we hier een foto. Ik poseer met mijn lover en ineens valt mijn oog op deze borden. ? Op mijn gesputter komt geen reactie en ik geef de sleutels aan mijn lover, ‘Rij jij maar verder want volgens mij is dit niet mijn ding!’ Soms lijkt het alsof hij mij gewoon niet hoort want hij antwoord; ‘Kanjer van me!’ ? Wij gaan voorop, Piet en Wilma volgen. In een stofwolk komt een groep motorrijders omhoog, na de eerste bocht stoppen we en maken een praatje met ze, één heeft een klein hondje bij zich die in een tas achterop zit, so sweet!Wat een super uitzicht, in de verte zien we zelfs Monument Valley liggen. De bochten zijn scherp en als er een tegenligger komt sluit ik mijn ogen want OMG het is passen en meten waar je elkaar kan passeren. Net voor de plaats Mexican Hat zijn we beneden. Zucht, dat hebben we gehad! ‘Super gave weg toch!’ roepen de heren tegen elkaar, Wilma en ik knikken maar wat. ? Als je zoals wij nu vanaf Mexican Hat aankomt dan krijg je bij Monument Valley eerst het stuk weg uit de film van Forest Gump. De plek waarop hij na vele maanden hardlopen ineens stil staat en zich afvraagt waar ie mee bezig is.Hier is het oppassen geblazen want iedereen wil op de foto, auto’s en campers staan langs de kant geparkeerd en mensen rennen heen en weer. Ook Piet en Wilma worden door mijn lover rennend vastgelegd. ? Iets verderop ligt een KOA campground die gelukkig nog twee plaatsen vrij heeft. We horen van de eigenaar dat hij de camping in 2018 heeft overgenomen. Het ziet er prima uit met uitzicht op de uit vele cowboyfilms zeer herkenbare rotsen. De hut van Piet en Wilma blijft op de campground achter en met die van ons rijden we het park in, eten in het restauranten dan is het wachten tot de zon onder gaat. Wilma en ik gaan bij een Indiaan informeren wat het kost om met een paard de Valley in te rijden. Eigenlijk hou ik helemaal niet van paardrijden maar vooruit het is wel kicken om als een soort John Wayne te gaan draven. ? We schrikken van de prijs want voor één uur betaal je per persoon 80 dollar. Grappig is dat de beste man ons later nog eens opzoekt om een folder in de hand te duwen en vertelt dat ie nu naar huis gaat maar morgen graag met ons op pad wil. Als de zon eindelijk ondergaat is het al zeker 20.30 uur en door de bewolking valt het tegen. Terug op de camping stoken we de kachel op, nemen een wijntje en maken ons op voor een frisse nacht in de Valley. Net voordat ik in slaap val denk ik ineens; ‘Leuk dat paardrijden maar hoe moet je eigenlijk op zo’n dier komen, zou die Indiaan je een zetje geven of hebben ze een ladder?’ ? To be continued….

The Million Dollar Highway.

Moe van een lange dag in het Arches National Park gaan we vrijdagavond uit eten bij een Mexicaans restaurantje in de hoofdstraat van Moab. Zoals gewoon in Amerika zijn de porties ook hier onwijs groot en de bediening super snel. Het is geen gezellig lang uit eten gaan zoals we bij ons in Nederland gewend zijn. ? De volgende morgen brengen we door met het verkennen van de winkels in Moab en scoor ik wat kleine prullaria. De camper staat geparkeerd bij de supermarkt en net als we terug in de camper stappen staat er een jongetje van een jaar of zeven voor de deur die in het Nederlands vraagt; ‘Waar wonen jullie in Nederland?’ Dan begint het kereltje te vertellen dat hij en zijn tweelingbroer samen met hun ouders op wereldreis zijn. Ze hebben al heel wat landen gehad en zijn nu voor drie maanden met een huurcamper in Amerika. Wow, wat een onderneming! ‘Als je zo lang van huis bent lusten jullie zeker wel een stroopwafel?’ vraagt mijn lover waarop de jongens enthousiast reageren. Als de ouders er ook bij komen wisselen we tips en ervaringen uit.Onze routes gaan beiden naar Page en wie weet zien we elkaar daar weer. ?

Het andere Nationale park bij Moab is Canyonlands. Dit bestaat uit vier afzonderlijke gedeelten: Island in the Sky, the Needles, de Maze en het gebied waar de rivieren Colorado en de Green samen komen. Voor ons met de camper is het makkelijk kiezen want omdat de andere gebieden veel onverharde wegen hebben blijft alleen Island in the Sky over. Soms even een Ansel Adams momentje.Een van de stops is Mesa Arch waar je na een wandeling van 400 meter bij een natural bridge komt. Deze boog hangt ongeveer tegen de loodrechte helling aangeplakt. Je mocht er niet over heen lopen. Gelukkig maar. Zoals het er uit ziet kan hij elk ogenblik afbreken en honderden meters naar beneden vallen. ? We brengen de middag door in dit bijzondere park en vervolgens maak ik op één van de vele uitzichtpunten iets te eten in de camper. We willen hier namelijk wachten tot de zon onder is want het is vanavond volle maan. Helaas is het vrij bewolkt maar toch is er ineens een verrassend moment als de maan zich groot laat zien. ?Door de aanhoudende straffe wind is de temperatuur naar beneden gekelderd en verkleumd rijden we terug naar campground Horsethief.Deze is prima maar helaas zonder voorzieningen zoals water, dump en elektriciteit. Het sanitair  bestaat alleen uit wc’s. Voor ons geen probleem omdat we zelfvoorzienend zijn met douche, wc en zonnepanelen. ? Zondagmorgen kijken we uit het raam: eigenlijk was het plan om vandaag een jeep te huren en de canyon off- road te verkennen maar het is vet bewolkt met laaghangende bewolking. ?Rustig starten we en mijn lover bakt een eitje met spek voor me, ik probeer heldhaftig wat te lijnen ? , maar dat begrijpt ie niet. ‘Je snapt het gewoon niet, mannen houden graag wat vast!’ roept ie ook nu weer. ? We wijzigen de plannen en laten het ‘jeep idee’ voor wat het is….We hebben geen reden nodig om hier nog eens terug te komen.  ‘Eerst tanken!’ beslist mijn lover dan en we zetten koers naar het centrum van Moab. Allemachies, wat een file de andere kant op om het dorp uit te komen. ?Het staat hier bekend om zijn vele buitensportactiviteiten zoals mountainbiken, rijden met een jeep of paard, wandelen, raften en bergbeklimmen. Het doet mij aan de Ardennen denken: doordeweeks best rustig maar in de weekenden bomvol. We parkeren de hut, lopen nog een stuk door de hoofdstraat waar we in één van de vele koffiezaakjes gaan zitten voor thee/koffie met wat lekkers. Onze route is als volgt: we zetten eerst koers naar La Sal, van Moab naar La Sal liggen trouwens nog vele RV parken langs de weg, dan door tot Naturita waar we de 145 opschieten richting Ouray. Dan zullen we in de staat Colorado komen, daar hebben we vrijdag in Mesa Verde met onze vrienden Piet en Wilma afgesproken. Zij komen vanuit Denver waar ze een camper gehuurd hebben. Als we op de rotonde borden zien met ski-area van de dorpen Telluride en het aaneengesloten Mountain Village verlaten we even de route. Wat lichte sneeuw valt naar beneden en de plaatsjes zien er stil uit, duidelijk is te merken dat het seizoen ondanks de nog volop aanwezige sneeuw toch voorbij is. De liften draaien niet meer en veel huizen zien er verlaten uit. Het is best een flink skigebied met zo’n 93 kilometer piste waarvan het grootste gedeelte (41 kilometer) zwart is. Telluride heeft een lange Mainstreet met veel winkels, restaurants en barretjes. Mountain Village doet ons aan de wijk Zonnedael uit de serie Flodder denken. Veel grote statige huizen waar de liften en pistes tussendoor lopen.Langs de weg grazen brutale herten, als we stoppen om ze te fotograferen zijn ze toch heel alert en zetten het op een rennen.  In Ouray schieten we de eerste de beste camping, een KOA, op.Het is genoeg voor vandaag want het laatste stuk naar Silverton en Durango gaat over een pas, de Million Dollar Highway en daar hebben we al verschillende verhalen over gehoord. ? De KOA campings zijn meestal goed uitgerust dus terwijl mijn lover gaat koken loop ik naar de wasmachines. ‘Wees voorzichtig want er is een black bear rond de campground!’ roept de eigenaar. Na het zien van al die beren vorig jaar in Alaska ben ik niet zo bang maar ik merk dat ik in de schemer toch sneller loop dan anders. ?Het regent de hele avond en nacht door en ‘s-morgens ligt er verse sneeuw op de toppen van de bergen. Net als we de campground afrijden gaat de regen ook hier beneden over in sneeuw, daarom stoppen we bij het Visitor centre voor extra informatie over de conditie van de pas. Achter de balie zitten twee dames die ons en elkaar verbaasd aankijken, ‘You want to go with your RV over road 550, the Million Dollar Highway to Silverton?’ ? Dapper knikken we van yes en vertellen dat we op winterbanden rijden en ook sneeuwkettingen bij ons hebben. ?? Terwijl zij de computer raadplegen voor verkeersinformatie kijk ik naar buiten en zie de vlokken dikker worden. ‘Misschien is het toch niet zo’n goed plan.’ opper ik. De éne dame is inmiddels met mijn husband druk in een gesprek wat helemaal niet meer over het weer maar over de oorlog gaat. Haar opa was vliegenier in de Tweede Wereldoorlog en neergehaald door de Duitsers. Gelukkig voor hem kwam hij in zee terecht en werd daar opgepikt door een schip met Nederlandse bemanning. Ongeduldig luister ik, ‘Wat doen we nou met die weg?’ sis ik. ‘Joh, dat zien we toch straks, eerst doen we koffie/thee.’ zegt ie opgewekt en uitgezwaaid door de dames gaan we terug naar de camper. Op de parkeerplaats loopt een echtpaar, de vrouw draagt sandalen en een korte broek. ? Net als wij is ze ook niet voorbereid op dit weer, wat voor deze tijd in het jaar nog heel gewoon is, aldus de dames van het Visitor centre. Als we door Mainstreet rijden zien we in de verte een sneeuwschuiver omhoog richting de pas gaan. ‘We gaan lekker een tv dag houden.’ beslist mijn lover en draait de zijstraat in waar RV park 4J+1+1 (echt een naam hoor ) ligt.De sneeuw valt nu gestaag naar beneden en kleurt alles wit. Het is net alsof iemand poedersuiker over de bomen strooit. Vraag me niet waarom de sneeuw hier fijner is dan in de Alpenlanden maar wie wel eens in Amerika of Canada heeft geskied weet wel wat ik bedoel. ? ’Wacht tot morgenochtend een uur of elf en neem dan de pas.’ geeft de vriendelijke receptioniste als advies wanneer zij ons incheckt. Na het avondeten stopt de sneeuw en maken we een rondje door het dorp.‘Zullen we de winterjassen aantrekken?’  vraagt mijn lover. Ik heb geen idee waar ik die opgeborgen heb dus om de discussie ‘jij bent altijd alles kwijt’ uit de weg te gaan zeg ik, Welnee, het is niet koud doe maar gewoon een vest aan, brrrrr. ? Net van de camping af zie ik een vosje rennen dat voor een woning braaf blijft zitten. Als een moment later de bewoonster naar buiten komt en een bakje voer neerzet snappen we het. ?De volgende morgen ontwaken we in een witte wereld en sneeuwt het nog steeds. Onze vrienden sturen een bericht dat ze in Denver zijn geland, het is er 1 graad en sneeuw: welkom in Colorado. ? En dan ineens is daar de zon! Het sneeuwen stopt, de bewolking wordt minder en er zijn zelfs stukken blauwe lucht te zien. Het is rond 10.30 uur als we na de gebruikelijke klussen, zoals water tanken en dumpen, het RV park verlaten. De receptioniste had helemaal gelijk!  ‘Rij jij dan fotografeer ik.’ stelt mijn lover voor en ietwat aarzelend kruip ik achter het stuur. ? Gelijk vanuit de hoofdstraat begint ie: de Million Dollar Highway, die bij de Amerikanen bekend staat als één van de gevaarlijkste wegen. ? De Highway 550 heeft hier tussen Ouray en Silverton een gedeelte van 40 kilometer dat verraderlijk en smal is en waar de vangrail ontbreekt. De weg brengt je tot een hoogte van ruim 3500 meter en is gebouwd in 1926 voor de werknemers van de zilvermijnen waar dit gebied bekend om staat. Over het waarom deze the Million Dollar Highway heet zijn verschillende verhalen. Een ervan is dat dit stuk weg inderdaad een million dollar heeft gekost.  Het is rustig in het dorp, ik doe mijn zonnebril op, zet de volumeknop harder en terwijl Peter Frampton toepasselijk ‘Show me the way’ zingt draai ik de eerste haarspeldbocht in. Direct zoeft het raam naar beneden en mijn lover hangt uit het raam, klik, klik, klik doet zijn camera. Wow, wat we zien is zo super mooi dat ik even vergeet adem te halen. ? Besneeuwde bergen, dennenbomen, open vlakten en alles wit, gewoon witter dan wit! De weg is te doen, het is zeker goed opletten want soms is ie smal en door het ontbreken van de vangrail zou je direct naar beneden kunnen storten maar wij Europeanen zijn wel iets gewend in de Alpen. ‘Voor mij is het net alsof ik richting Saas Fee omhoog rij.’ zeg ik tegen de rug van mijn wederhelft die steeds uit het raam hangt.Boven op de pas begint het te sneeuwen en met de wind die om ons heen waait kan ik me voorstellen dat deze weg een reputatie heeft gevaarlijk te zijn. Wij hebben het ervaren als prima te doen, gewoon heel goed opletten en snelheid aanpassen. Ik ben niet uit zijn eerste versnelling geweest….grapje natuurlijk! ?In sneeuwbuien dalen we af naar Silverton, een klein stadje met name bekend door de Silverton-Durango railroad. Dit gebeurt met een heuse ouderwetse stoomlocomotief die in ruim 3 1/2 uur door het San Juan gebergte trekt en dagelijks vele toeristen vermaakt. De hoogtebegrippen hier zijn trouwens voor ons soms lastig te bevatten want neem bijvoorbeeld Silverton, dit ligt in een dal (!) en nog op ongeveer 2800 meter!  ? Tijdens het dalen zien we langs de kant van de weg af en toe een marmot, net uit de winterslaap, die nieuwsgierig zijn koppie omhoog steekt.Dit bord met runaway truck ramp (uitwijkstrook voor vrachtwagens) stond ook langs de kant van de weg. Dan hoop je als chauffeur van een op hol geslagen vrachtwagen dat je die anderhalve kilometer nog gaat redden. ? Wat schetste onze verbazing, er volgden nog vier flinke haarspeldbochten voordat de redding nabij was…. In het centrum is het druk, ik parkeer de hut tegenover een koffiezaakje en we rennen in de dwarrelende sneeuw snel naar binnen. Ik moet toch eens gaan nadenken waar die winterjassen nou zijn gebleven….? Plots horen we een stoomfluit: , er is net een trein aangekomen en nu wemelt het van de toeristen. Na Silverton verkend te hebben rijden we in ruim een uurtje door naar Durango waar we het eind van maandagmiddag op campground Lightner Creek belanden nadat we eerst flink ingekocht hebben bij de Walmart.Een paar plekken naast ons komt een caravan, echt zo’n grote Amerikaanse hut. De vrouw stapt uit en in de stromende regen staat ze daar terwijl haar vent pogingen doet om de caravan te parkeren en geen boom te raken. Het zegt waarschijnlijk veel over mijn leedvermaak maar ik klok hoe laat ze starten en eerlijk: het duurt twintig minuten! ? Al die tijd staat zij daar en doet eigenlijk niets, ze staat ook nog eens achter de caravan zodat ze totaal niet te zien is door haar man. Als een extra handicap springt er ook een baldadig kind uit de auto dat continue achter de caravan langs rent.‘WTF, ik weet niet voor wie ik meer bewondering heb!’ roep ik verbaasd tegen mijn lover die in de keuken wat lekkers maakt. Even serieus; als ik die vrouw was had ik mezelf opgegeven voor een paar rijlessen want ik zie me al staan, ik zou na vijf minuten al zo klaar zijn met zo’n kerel! ? Later op de avond gaat de regen over in sneeuw en kleurt alles weer helemaal wit. We hoeven pas vrijdag in Mesa Verde te zijn en willen de paar dagen die ons nu rest wat klusjes doen zoals een bezoek aan de kapper, camper opruimen en kleine reparaties, wellicht is de winterjassen zoeken ook geen slecht idee. ?Gezamenlijk zitten we woensdagmorgen bij de kapper en shoppen vervolgens in Durango, deze grote plaats heeft een flink aantal winkels. Vlakbij het centrum ligt United campground waar we een plek vinden met uitzicht op de rivier en de Silverton-Durango railroad. Morgen naar Mesa Verde en lucky us: de weersverwachting is goed! ?

 

Heel veel stenen dildo’s.

Zondagochtend na het ontbijt bel ik eerst mijn moeder en wens haar: een Happy Mothersday! ? Na een gezellig babbeltje nemen we afscheid en het is altijd grappig hoe vaak mijn moeder ‘Dag, dag, dag, dag, dag, dag!’ zegt. ? Als we ons klaar maken voor vertrek tingelt mijn phone weer: moeders again, die is vast iets vergeten te vertellen. Als ik opneem hoor ik even niets maar dan zegt ze huilend, ‘Mijn zus is net overleden.’ Ach gossie toch, haar zuster Ina, mijn tante die in Portugal woont, is op 93 jarige leeftijd in haar slaap overleden. ? Gelukkig zijn we samen nog niet zo lang geleden een paar dagen naar haar toe geweest. En dan stel ik de meest domme vraag ever, ‘Hoe weet je dat, heeft ze je gebeld?’ Mijn lover moet dit uiteraard weer horen, kijkt me aan en zegt droog; ‘Nou dat zal toch niet!’  ? Of moeders het heeft gehoord….I don’t know. Het is nog onduidelijk wat er allemaal moet gebeuren en zij beloofd ons op de hoogte te houden. Ik haal nog maar eens aan dat zowel Roel als ik verslaafd zijn aan internet maar thank you Lord wat ben ik blij met die handige vent van me die altijd zorgt voor bereik. Het T-mobile abonnement wat we hebben is 16 Gb, onbeperkt bellen en sms en dat voor slechts 23,00 euro per maand (moet er wel bereik zijn van T-mobile). Hoe waardevol is het op dit soort momenten dat je iemand even tot steun kan zijn. ?

Het plan voor vandaag is door Zion heen over de Mt. Carmel Highway en de tunnel om bij de East entrance het park te verlaten en door te rijden tot in Bryce Canyon National Park. De lucht is deze morgen strakblauw met hoge witte ‘indianenwolken’, zoals wij ze noemen. ?
Terwijl ik rij hangt mijn lover uit het raam om te fotograferen. De éne na de andere bocht volgt omhoog en dan zijn we bij de tunnel. En dat is en blijft een vreemd iets want zoals ik in het vorige blog al vertelde, ze meten hoe breed de camper is en bij een breedte van meer dan 2,4 meter betaal je 15 dollar voor de tunnel. Men stelt namelijk dat je dan ‘bijzonder transport’ bent en brengt het alsof de tunnel speciaal stilgelegd moet worden. Niets is minder waar want het verkeer gáát al om en om dus er zijn sowieso geen tegenliggers in de toch redelijk brede tweebaans tunnel. Naar onze mening dus gewoon een vorm van geldklopperij. ?
Net buiten het park stop ik want door het openstaande raam ruik ik diesel. Mijn lover springt eruit, ‘Gooi de motorkap open!!’ roept ie alsof we in brand staan. Omdat ik zo moet lachen trek ik aan de verkeerde hendel en schiet het stuur omhoog. ? ‘Trekkennnnnn!’ roept mijn handsome tegen de voorruit. Het is weer zover: Bassie en Adriana zijn in town. ? ‘Ruik dan, ik ruik helemaal niets!!!’ Hij ligt half in de motorkap te snuiven en eerlijk, ik doe moeite om niet te lachen en beheers me. Ik ruik nu ook niets, ‘Zit die noodreparatie aan de dieselslang nog goed?’ vraag ik hem. Dan gaat ie los en legt uit wat er allemaal onder de motorkap zit en wat met wat verbonden is…. ? Ik knik zeer aandachtig, uiteindelijk kijkt ie op en zegt; ‘Laat maar, want ik zie dat je er geen bal van snapt!’ ? Hij morrelt wat aan de slangen en merkt dat er een wat los zit. Vastdrukken helpt. We hebben duidelijk teveel gerammeld op die Alaskawegen vorig jaar.
Langs de kant van de weg zien we een reclamebord voor Duitse bakker Förscher, ‘Zo dan, een lekker stukkie apfelstudel zou er wel in gaan!’ roepen we tegen elkaar.
Met in ons hoofd de Nederlandse bakker in Bishop gaan we opgetogen naar binnen….Gadver, het ziet er hier absoluut niet vers uit en van de prijs schrikken we helemaal! Vijf dollar voor een klein stukje cheesecake. ? We besluiten een koffiebroodje te nemen, dat ziet er nog het meest vers uit. De koffie is redelijk maar het theewater is nog niet eens lauw. Ben je in de buurt: doorrijden want het is de stop niet waard!
Over de Scenic Byway 12, een van de mooiste wegen van Amerika, rijden we verder. Deze 200 kilometer lange weg slingert zich dwars door bossen, rode rotsen en kale maanlandschappen met diepe kloven. Er zijn acht bezienswaardigheden en vanaf onze kant starten we met de tunnel bij Red Canyon.
Net voor de ingang van Bryce (tevens  de tweede bezienswaardigheid) komen we in Bryce Canyon city waar we op Ruby’s Inn RV park een plaats vinden. Het is een dure want 40 dollar voor dry camping (zonder voorzieningen) is stevig aan de prijs maar zoals zo vaak hebben die wel de mooiste plekken, in dit geval vlak aan een meertje.
De overige hook-up plekken (ongeveer 200) liggen zij aan zij en bieden weinig privacy. Als we na een wandeling een bundel brandhout kopen zien we bij de kampwinkel een waarschuwingsbord met de tekst ‘Vannacht nachtvorst, sluit uw watertank af!’ ? Dat belooft wat. Tegen mijn zuchtende lover, want het nylon net snijdt in zijn vingers zeg ik, ‘Kom maar op, aansteller!’ en neem de bundel van hem over: doet ie dat nou express of….?
Het hout laten we ‘s-avonds trouwens voor wat het is want nadat de zon onder is kruipen we in de camper met een dekentje op de bank en gaat de kachel aan. Wij vinden het na de hoge  temperaturen van afgelopen week heel koud! Daar kan dat vuurtje niets aan verbeteren.
Zelfs in de nacht laten we de kachel zacht branden omdat we toch wel een beetje bang zijn dat de watertank zonder isolatieplaat gaat bevriezen.
Bij het inchecken op de camping hebben we allerlei informatie ontvangen over de shuttle bussen. Het rijden met campers in het park wordt ook hier tegengewerkt. Dat blijkt tevens bij de ingang van het park als de dame ons een formulier geeft waarop staat op welke parkeerplaatsen we met een camper niet welkom zijn. In 2017 waren we hier ook met mijn ouders en nu verbazen we ons wederom over de schoonheid.
We rijden eerst helemaal door naar het einde bij Rainbow Point. Bij het oprijden van de parkeerplaats zien we een Mercedesbus met Nederlands kenteken staan. Buiten komen we in contact met de bewoners: Dirk, Monique en hun lieve Roemeense straathond die ook al geruime tijd onderweg zijn, in Panama gestart en nu op weg richting Alaska.
Onder het genot van koffie/thee en stroopwafels wisselen we ervaringen en tips uit en geven het stel nog wat Nederlandse drop mee voor onderweg. ? Vanaf hier gaan we terug naar Bryce Canyon city en stoppen bij de andere mooie bezienswaardigheden oa. de Ponderosa Canyon en Natural Bridge waar we genieten van de uitzichten. ‘Wil je hier nogmaals overnachten?’ vraagt mijn lover als we het RV park voorbij rijden maar nog zo’n koude nacht heeft weinig aanlokkelijks dus draaien we weg 12 weer op richting Escalante met uiteindelijke bestemming Moab.
Ik zei het al eens eerder: het leven met een fotograaf is onafgebroken opletten. Zoals meestal rij ik op de ‘mooie’ wegen zodat mijn lover vanuit het raam foto’s kan maken. Dacht ik in het begin dat hij niet lekker werd als ie riep; ‘Stoppen, stoppen!!’ nu weet ik dat er dan iets moois is wat ie wil fotograferen en zet de hut stil….al is het midden op de weg. ?
Net voor het plaatsje Escalante ligt een State park en ik draai van de weg af. Het is rond 16.00 uur, mooie tijd om te stoppen met deze hitte. De campground is full maar we kunnen op de ‘overflow’ staan. Dit zijn plaatsen aan een meer en zien er perfect uit.
De rest van de plekken op het State park liggen tussen de bomen. Terwijl ik wat met de Frans-Canadese buurtjes babbel bakt mijn lover een brood. De volgende morgen als we Escalante inrijden zien we nog enkele RV parken maar dit zijn van die betonnen parkeerplaatsen met weinig privacy. ?
In 1879 toen de Byway 12 nog niet was gebouwd ontstond hier de Hole-in-the-Rock-Trail. Een groep mormonen kregen van hun leider uit Salt Lake City de opdracht om een bepaald stuk land (later Capitol Reef door hen genoemd) in Zuid-Oost Utah te gaan ontwikkelen. Met huifkarren trokken zij voort over de vrijwel onbegaanbare bergruggen. Het doet ons denken aan de trails in Casper.
Terwijl ik naar de horizon kijk kan ik me ook hier moeilijk voor stellen wat een moed, kracht en doorzetting deze mensen gehad moeten hebben.
Via Boulder Town komen we door het Dixie Forest. Wow, de weg kronkelt hoger en hoger langs berken, sparren en kleine beekjes met af en toe een groepje herten, de hoogtemeter geeft zelfs 2776 meter aan!
Wat voor kleumende effecten zorgt want we vertrokken vanmorgen in korte broek met slippers en komen onverwachts in de sneeuw. Als we bovenop aan de koffie/thee zitten stopt er achter ons een busje, ‘Allez, ik kom eens effekes kijken of de papieren van die Hollanders wel in orde zijn.’ In de deuropening staat de Belgische look-a-like van Chris Zeegers die met zijn Amerikaanse vriendin op pad is. We hebben een vrolijk babbeltje en ook hij wordt van stroopwafels en dropjes heel blij. We moeten beloven dat als we in de buurt van Zundert zijn we een pintje met hem gaan drinken. Via de nog steeds slingerende weg komen we in Torrey waar we bij het Visitor centre voor informatie naar binnen gaan. De vele tips die we krijgen begint met het afgelegen Capitol Reef National park. Dit is minder bekend maar wat een bijzonder adembenemend landschap met hoge rotsformaties met klinkende namen als Chimney Rock, Golden Throne, Egyptian Temple en Castle.
In de hoge kliffen zijn ook eeuwenoude rotstekeningen te ontdekken.
 
 ‘s Zomers is het hier erg heet en droog, langs de Fremont rivier zijn af en toe oases te vinden van groepjes bomen. Als slot maken we een wandeling naar de Hickman bridge en dit alles bij een temperatuur van zo’n 34 graden. ?
Verbazend is dat mijn handsome hier geen last van zijn handen heeft….maar goed zo’n rots heeft geen netje van nylon om zich heen. ? Met een gevoel als een gekookte kreeft gaan deze twee op zoek naar een overnachtingsplek, wat hier in dit gedeelte van Utah overal vrij is toegestaan, tenzij vermeld dat het verboden is. Het is al eind van de middag en we zien verschillende campers en caravans op het zogenoemde BLM land staan. ‘Er is totaal geen bereik hier!’ zucht mijn lover terwijl ie zijn phone in allerlei richtingen houdt. In het gehucht Caineville ligt een mistroostige campground maar waarom daar betaald gaan staan als het overal mag? ‘Laten wij ook eens zuinig zijn!’ zeg ik waarop mijn lover mij vreemd aankijkt en opmerkt, ‘Het is wel een week met gekke uitspraken van jou!’.  ? Enkele kilometers verder zien we in the bush een paar caravans en een grote camper van CruiseAmerica staan, nou als die er kan komen moet het ons ook lukken dus sla ik het zanderige weggetje, wat overigens keihard is, in en stuur de hut er rustig overheen. ‘Netjes hoor!’ roept mijn lover keurend alsof ik rij-examen aan het doen ben. ? Het zand gaat ineens over in een stuk asfalt waarop we een plek zoeken.
‘Kijk nou, het lijkt wel een soort landingsbaan!’ opper ik maar omdat het deze week mijn gekke uitsprakenweek schijnt te zijn word ik niet geloofd. ? Wat een prachtplek: we drinken een wijntje, mijn lover bakt garnalen, het uitzicht is super en we maken een gezellig praatje met ‘de buurtjes’ die uit Nieuw Zeeland komen. Wat kan je nog meer willen? Tsja, deze twee verslaafden weten het wel want onze telefoons geven links bovenin ‘geen service’ met andere woorden: er is geen internet! Terwijl we buiten genieten van de natuur vertel ik mijn lover, die uit gewoonte nog steeds met zijn phone in de hand zit , dat ik op Facebook wel eens van die advertenties voorbij zie komen ‘Zou je een maand op een onbewoond eiland kunnen zitten zonder internet en nog wat ontberingen. Na afloop krijg je dan een flinke som geld.’ ? Hij kijkt me aan en zegt; ‘Jij zou dat totaal niet kunnen want mijn eerste taak als we ergens komen is internet voor jou verzorgen! Ik wel hoor, een makkie….als ze tenminste Zimra Geurts ook mee sturen!’ ?
We kijken een film en gaan vroeg naar bed om ‘s-morgens uitgeslapen wakker te worden. Mijn lover zet een theetje en dan hoor ik hem met allerlei dingen rommelen, ‘Ik ga eens met mijn drone vliegen!’ roept ie en even later hoor ik het ding door de lucht zoeven.
Net als ik onder de douche sta komt ie binnen en roept; ‘Weet je wat ik ontdekt heb, dit ís een oude landingsbaan! ? Gelukkig geen Boeing geland vannacht…..’

Geloof me, soms is zwijgen gewoon het best. ? Het voordeel van geen internet hebben is dat we, voor ons doen, heel vroeg op pad zijn. Wat een rust is het hier, af en toe een huis en verder niets dan bergen en natuur. Ik begin over mijn eeuwige droom: een B&B. Mijn lover schatert het uit; ‘Lieve schat, je hebt straks een hele keten want op iedere plek die jij leuk vindt wil je iets beginnen!’  Natuurlijk moet ie me weer plagen door wat vervallen pandjes op de foto te zetten.
Als we het dorpje Hanksville inrijden klinken er allerlei piepjes uit onze phones, we hebben weer bereik, Yes! In de kleine plaatselijke supermarkt scoren we gelijk wat boodschappen.
Over de Highway 24 rijden we naar het vrij onbekende Little Wild Horse and Bell canyons en Goblin Valley State Park. In de laatste staan duizenden bizar gevormde pieken en balancerende rotsen, hoodoos genaamd, die door erosie in het zachte roodbruine zandsteen zijn ontstaan. Er is een kleine campground met 23 plaatsen waar we rond 11.00 uur arriveren en geluk hebben want er is nog maar 1 plek vrij.
De toegang tot het park is 15 dollar, dit valt niet onder de parkenpas omdat het een State en geen National park is. De overnachting kost slechts 15 dollar meer. In het andere park hebben Dirk en Monique (die we in Bryce hebben ontmoet) een wandeling gedaan die zeer de moeite waard is, Little Wild Horse trail. Deze ligt net buiten het Goblin park en we besluiten eerst het kleine stukje terug te rijden om te gaan wandelen. Ze noemen het hier hiken maar dat weiger ik…. ? Het is een pittige maar zeer mooie wandeling tussen hoge rotsen door waar je maar nauwelijks door heen kan zo smal.
De hele trail is ongeveer 14 kilometer en neemt vier tot zes uur in beslag. Wij keren na een uur om en lopen terug want met deze warmte vinden we twee uur wandelen en klauteren mooi genoeg. Terug bij onze camper staat een huilend kind, de vader legt uit dat ze dacht dat het een ijscokar was….?
We rijden retour naar het Goblin park en verbazen ons daar over de gek gevormde hoodoos.
‘Het lijkt wel op het Chinese terracotta leger.’ zegt mijn lover en we kijken peinzend en vol verwondering om ons heen terwijl we er tussen door sjokken. In de eerste instantie vind ik het een groot champignonbos. Ligt het aan de temperatuur van zo’n veertig graden of aan de keiharde wind die opsteekt maar ik kijk tussen de zandstormen door naar al die hoodoos en mijn dirty mind slaat op hol. ‘WTF, het lijkt wel alsof ik in een hele grote Amsterdamse sexwinkel loop met al die dildo’s die ik hier zie!’ ? schater ik tegen mijn lover die alleen maar reageert met, ‘Heb je haar weer!’
Op de campground komt de snoeiharde wind en daarmee ook het zand van alle kanten. De ramen dicht houden met deze hitte is onmogelijk waardoor de binnenkant van de hut al snel van een dunne laag zand is voorzien. Gelukkig koelt het later wel af. Echter de volgende ochtend is het al weer snel boven de 30 graden. Via de Interstate 70 rijden we naar Moab, waar het met twee Nationale parken, Arches en Canyonlands, erg druk kan zijn. We nemen dus uit voorzorg zo’n twintig kilometer ervoor de weg richting Dead Horse Point State park. Aan deze weg ligt campground Horsethief waar we een prima plekkie scoren.
Vaak vraagt men; ‘Wat vinden jullie nou het mooist wat je hebt gezien?’ ? Zo’n vraag waar je eigenlijk geen goed antwoord op kan geven. Betoverend Arches met het grootste aantal natuurlijke zandsteenbogen ter wereld komt erbij op onze lijst. Door de gunstige ligging, geologie en watererosie ontstaan er voortdurend nieuwe bogen. Twee dagen brengen we in dit park door en maken wandelingen. Ik kan er zoveel over vertellen maar volgens mij kunnen de foto’s dit veel beter overbrengen.
De harde wind en het striemende zand zorgt voor dagenlang tandenknarsen.
 
En nee, ik heb niets aan mijn lijf en leden maar sprak van de week een vrouw die door een ratelslang in haar voet was gebeten. Uit voorzorg heb ik deze stok gekocht om de ‘wilde’ beesten van me af te slaan.
Rest mij nog een leuk detail: de steile wandeling naar de Delicate Arch (dé bezienswaardigheid van dit park).  Boven gekomen pak ik braaf mijn rugzak uit, ‘Wil jij water en een energiereep?’ vraag ik mijn lover. Dan pakt hij zijn tasje uit en vraagt; ‘Of heb jij liever een wijntje en een stukje kaas!’
That’s my baby. ?

Zion!

Vroeg in de morgen en totaal niet uitgeslapen branden we de camper uit en besluiten nog een nacht in Palm Springs te blijven.

Ik was vergeten hoe warm het hier is, rond 10.00 uur geeft de temperatuur al 30 graden aan. ? We houden een rustdag, mijn lover blijft heel slim in de schaduw bij de camper maar deze optimist gaat in de zon. Echt, ik lig net een kwartier als hij iets te drinken komt brengen, ‘Je weet ik ben kleurenblind maar volgens mij ben je knalrood!’ zegt ie waarop hij er achteraan giert, ‘Probeer je vet weg te smelten….’ ? Serieus, I love that man. ? Als goedmakertje stelt ie voor om naar het centrum te fietsen voor een ijsje of een Margarita maar niets kan me verleiden, het is mij te warm, ik blijf in de buurt van het zwembad.

Zaterdag 4 mei verlaten we Palm Springs nadat we eerst om 20.00 uur (onze tijd 11.00 uur) twee minuten samen met Nederland stil zijn. Net als vorig jaar blijft het een indrukwekkend moment en als het Wilhelmus klinkt zitten we beiden met kippenvel.

Via een rechte weg langs Salton Sea nemen we bij het ogenschijnlijk verlaten plaatsje Niland de afslag en rijden naar Slab City, Salvation Mountain, dit is een land-artkunstwerk, een beschilderde berg (die deels uit constructies van zand, water, klei en stro bestaat) met daarop teksten die bedoeld zijn om mensen te bekeren tot het Christendom. Bovenop de top staat een groot kruis. Er loopt een Yellow Brick Road (gele route) door het geheel om bij de verschillende schilderingen te komen.
Je kan er donaties doen: Potten verf !
De schilder, Leonard Knight, kwam naar deze plek om een weekje te schilderen, uiteindelijk bleef hij 25 jaar. Na zijn overlijden in 2014 hebben vrijwilligers het overgenomen. In een scène van de film ‘Into the wild’ is deze berg te zien. Rondom het kunstwerk wonen veel hippies in campers en caravans die er, zeg maar, bijzonder uitzien. ? Joshua Tree is de volgende stop in ons programma en hiervoor moeten we dezelfde weg terug. Vorig jaar zijn we langs de andere kant van Salton Sea gereden https://www.siaenroelopreis.nl/voorzichtig-op-weg-naar-het-noorden/) maar hier ziet dit zoutmeer er iets ‘vriendelijker’ uit met een aantal campingplaatsen langs de waterkant in plaats van stille dorpjes en verlaten plekken. Maar al met al is er weinig meer te beleven dan natuurschoon. Als we de zuidkant van de ingang van Joshua bereiken is het inmiddels 38 graden en het bord met campgrounds full staat te branden in het zonnetje. ? Aan deze kant net buiten het park is een groot stuk BLM land (bureau of land management) waar je gratis mag staan. Er staan inderdaad al een aantal campers maar om in deze hitte, met nog drie uur te gaan voor de zon ondergaat en geen airco in de hut, ook een plekje te zoeken lijkt ons dit geen goed plan. Omdat we al drie keer eerder in dit park waren besluiten we om de bomen in Joshua nu te laten voor wat ze zijn en rijden terug naar de Highway verder richting Lake Havasu waar we met Jos en Marjon hebben afgesproken. ‘Piep, piep’ doet de phone van Roel, het is een bericht van Marjon: ‘Wij zijn er al!’ Als we doorrijden kunnen we rond 20.00 uur bij hen zijn maar WTF wat is het warm. Het is nog zeker vier uur sturen, niet echt iets om vrolijk van te worden. Als we Quartzsite op de borden zien staan zegt Roel; ‘Draai er hier af dan gaan we naar de camping waar we eerder (begin november 2018) stonden.’ Dus ik geef richting aan en dender in ‘the place to be voor snowbirds’ (overwinteraars) waarvan velen fossielen en mineralen zoeken als hobby hebben. Sinds 1960 is dit een paradijs voor ‘stenengekken’. Zomers kunnen de temperaturen oplopen tot wel 54 graden en trekken de meeste inwoners weg om in november terug te keren. De maanden november tot en met maart zijn ideaal: rond de 30 graden! ? In januari is werelds grootste openluchtmarkt, voor wat betreft de stenen en kristallen, hier een aantal dagen te vinden en wordt deze plaats overspoeld door duizenden toeristen. De ouderen trekken er veelal met elkaar op quads uit om de desert in te rijden. Bijzonder feitje is dat het verhuurbedrijf voor scootmobielen hier types met speciale dikke banden voor in het zand verhuurt! ? De hoofdstraat oogt verlaten en bij veel campgrounds staat een bord met ‘closed for the season’. Ik rij die waar wij eerder hebben gestaan op maar alles is nu verlaten. Ineens komt er een oud baasje met een hond uit een camper gelopen. ‘It’s  closed for the season, everybody is leaving this town in the summer.’ deelt ie ons mede.
Hij weet dat er verderop een camping ligt die het hele jaar geopend is. Op weg daarnaar toe zien we nog een aantal winkels en restaurants, die zijn ook allemaal gesloten. De aangewezen campground is verlaten maar achter het raam hangt een papiertje met de tekst ‘Zoek een plek en betaal 30 dollar.’ Okay, dat is best veel voor een nacht op een camping zonder faciliteiten. Na wat zoeken vinden we een plek op een andere nog niet helemaal verlaten camping en voor 8 dollar mogen we van camphost Paul een plek uitzoeken.
Hij kijkt naar ons alsof hij verkeerde paddo’s heeft geslikt maar ach, met deze hitte kijken wij ook niet al te fris meer. ? Als we staan komt er gelukkig een snoeiharde wind opzetten waardoor de hut binnen korte tijd voorzien is van een fijne laag zand maar ook redelijk afkoelt. Als het donker is zitten we nog lang buiten en kijken naar een hemel vol sterren. Natuurlijk branden we hier de volgende morgen ook de camper uit, ‘Wat een drama met die hitte!’ mopper ik er vrolijk op los en verbaas me over mijn lover die gewoon eieren met spek staat te bakken. ‘Lekker toch, die zon!’ roept ie lachend en zet een ontbijtje voor me neer waarna we koers zetten voor het laatste stuk. Bij Parker maken we een quickstop bij de Walmart, Roel moet het satelliet radio-abonnement verlengen en dat kan niet via ons eigen tmobile-internet want dat geeft een Nederlands IP-adres en die zijn bij siriusxmradio geblokkeerd. Terwijl hij dus op het internet van de supermarkt gaat zit ik achter het stuur wat voor me uit te turen. Een parkeerplaats van de Walmart is altijd bijzonder! ? Daar komt een huurcamper het terrein op en het echtpaar loopt in mijn richting. ‘Mag ik wat vragen, hebben jullie deze verscheept vanuit Nederland?’ vraagt de kerel. Het zijn Nederlanders, we maken een praatje en hoe klein is de wereld als blijkt dat zij in Maassluis (onze buurgemeente) wonen. ?
Op de afgesproken plek in Lake Havasu zien we de camper van Jos en Marjon al van verre staan en wat is het reuze leuk om elkaar weer te ontmoeten! In het centrum ploffen we neer op een terras waar de vernevelaars ook hier bij een hitte van 35 graden voor verkoeling zorgen en kletsen bij. Vervolgens rijden we achter elkaar aan om de campers net buiten het plaatsje in de wildernis te stallen. Ook dit is BLM land waar je gratis mag staan.
Hond Tinka loopt lekker los en heeft het prima naar haar zin, zeker als er een man met zijn hondje voorbij komt waar ze mee kan ravotten. Het tweetal  kleine dingen dan ze ons hadden gevraagd mee te nemen worden overhandigd en het stel duikt als dank hiervoor de keuken in. Even later staat er een heerlijke vismaaltijd op tafel. ? Onze routes lopen min of meer gelijk en als we de volgende morgen afscheid nemen hopen we dat elkaar nog eens zullen treffen. Zoals al eerder gezegd de route die we nu rijden hebben we eerder gedaan en ook de volgende stad is meerdere malen bezocht maar kan zeker niet ontbreken: Sin City Las Vegas! ❤️ Wow, wat een lekker gevoel als de hut bij het vliegveld weer the Strip opdraait.
Maar ook dubbel want bij het Mandalay Bay schieten onze gedachten terug naar 1 oktober 2017, de schietpartij waarbij op het tegenover gelegen evenemententerrein 58 mensen om het leven kwamen en de dader zelfmoord pleegde. Als we het sign ‘Welcome to Las Vegas’ passeren zegt mijn lover; ‘We hebben hier eigenlijk nooit een gekke foto genomen.’ En dat klopt, want toen we hier één week na de aanslag waren vonden we het totaal ongepast om op deze plaats, die toen als herdenkingsplek was ingericht, lachend op de foto te gaan. Het is rustig op the Strip en bij Circus Circus gaan we eraf. Het hele RV park daar is leeg op een paar campers na. ‘Nou die zullen best een plekkie voor ons hebben!’ lacht mijn lover. Op de deur van de receptie hangt een bordje dat het lunchtijd is. We laten de camper achter en gaan maar naar de receptie in het bijbehorende hotel. Een niet al te vriendelijke dame deelt ons mede dat de campground gerenoveerd wordt en nu gesloten is maar morgen misschien weer open gaat. ? Okay, dat snappen we niet en de dame kan of wil ons niet vertellen wat er gerenoveerd wordt. Als mijn lover aangeeft dat we het niet erg vinden om in een eventuele herrie te staan en volhardend blijft volhouden dat hij het wil weten roept zij een andere dame erbij. Die is nog onvriendelijker dan haar collega en blaft ons bijna af, ‘Het RV park is gesloten en waarom dat is voor ons belangrijk en voor jullie niet!!’ zegt ze bits. ? Zo dan, die is lelijk! ? Haar collega heeft nog wel een lijst voor ons met een aantal andere campings maar die liggen buiten het centrum. ‘We zijn hier nu al een aantal keer geweest en iedere keer is het wat met die circusballentent!’ foeter ik naast mijn lover terwijl we het gebouw weer helemaal doorstruinen naar de camper. ‘Weet je wat we doen, we gaan eens kijken bij het RV park naast Fremontstreet.’ oppert ie. Op weg daarnaar toe verbazen we ons over de aftakeling dat op het stuk waar alle Wedding Chapels liggen, tussen Freemontstreet en the Strip, meer en meer lijkt toe te slaan. Ook bij ‘onze’ Chapel is iets aan de hand want rond het parkeerterrein staat een groot hek waardoor het plan om hier samen met de camper op de foto te gaan mislukt. ‘OMG, het verval slaat in de Chapel, als t nou maar niet in onze relatie slaat!’ piep ik. ?
De receptie van RV park Fremont is gevestigd in het dichtbij gelegen Main Street Station hotel, dat aan het eind of begin (net vanaf welke kant je begint) van Fremontstreet ligt. Geloof het of niet maar we waren nimmer in dit casino dat gevestigd is in een bijzonder mooi gebouw! Een zeer vriendelijke receptioniste helpt ons aan een, enigszins schaduwrijke, plaats en voor de somma van slechts 19 dollar hebben we een full hook-up plek en mogen ook nog gebruik maken van het zwembad in het tegenovergelegen hotel Californië. Wat een verschil in service en prijs met het Circus Circus! Wij vinden de ligging helemaal top, met name omdat we gek zijn op het oude Vegas met de historische casino’s en de gekte van Fremontstreet.
 
Dat het niet alleen op the Strip rustig is maar ook hier blijkt als we later op de avond bij Tony Roma gelijk aan tafel kunnen. Vegas heeft en kent geen tijd en iets na middernacht ? zijn we terug in de camper.
Duf zitten we een paar uur later aan het ontbijt als mijn lover roept; ‘Ik heb een plan, we nemen de bus tot het ‘Welcome-sign’ en wandelen vandaar een stuk terug!’ Ik knik bedenkelijk wat ik ken hem: éénmaal de ‘wandelsandalen’ aan en hij blijft gaan. ? Met een tegenvoorstel ‘Eerst een koffietje bij de Starbucks in Fremont en dan gaan we!’ geef ik me gewonnen.
Aangezien alles hier draait om het gokken zit de Starbucks verborgen in het Golden Nugget hotel, wat trouwens met zijn zwembad
niet onder doet voor de moderne ketens op the Strip, dus let’s drink a coffee and play some Black Jack….OMG en het is nog geen 11.00 uur. ?
Bij de Sign gaan we op de foto en hopla, daar tilt mijn onbesuisde wederhelft mij de lucht in.
Het is zo’n zelfde gevoel als wanneer hij me in een zwembad onder water duwt, zo’n gevalletje van: ‘Ik lach wel maar ondertussen….’ ? Want terwijl hij tilt trekt ie mijn jurk ook mee omhoog en verschijnt mijn blauwe glitter Victoria Secrets ook ten tonele. ?
Na het fotomoment wandelen we over the Strip
naar Hotel Paris waar we lunchen, zoals altijd een kop uiensoep, stokbrood en een wijntje.
Dat een lunch om 16.00 uur wat laat is maakt in deze stad waar breakfast, lunch en diner 24 uur per dag genuttigd kunnen worden totaal niets uit. Daar op het terras van Paris, Mon Ami Gabi, met uitzicht op het Bellagio hotel met de mega fontein, babbel ik met mijn lover over wat het toch is met deze stad die jaarlijks zo’n 40 miljoen toeristen trekt. Laatst was er op tv een programma van Ewout Genemans in Las Vegas. Hij liet hierin zien wat wij ook merken: in de casino’s is het overal glitter en glamour, gezelligheid en gratis drank: ‘Kom binnen en vergok je money.’ Niemand praat over verlies maar wel over winst. Er zijn casino’s waar ze zelfs omroepen als ze een lucky bastard hebben die net een prijs heeft maar no way dat ze zullen roepen, ‘Dames en heren, we hebben net weer een onfortuinlijke bij de Black Jack tafels die 500 dollar heeft verloren, give him a big applause!’
Ik denk aan de serveersters die keihard werken voor een paar dollar fooi, de masseuses die voor slechts 2 dollar per uur plus tips zere nekken en schouders masseren aan de speeltafels,
de schoonmaakster die op haar knietjes in de wc de voegen schoonpoetst, de croupiers, de barkeepers en zo kan ik nog meer beroepen opnoemen die allemaal dag en nacht voor een laag loon meehelpen om deze mega stad te doen glinsteren en shinen. Als ik tijdens een babbeltje wel eens voorzichtig vraag wat ze verdienen komt steevast alleen het antwoord, ‘I like my job sooooo much, it’s wonderful to work here!’ ? Neem de gamblers die alles verloren
en nu in ondergrondse tunnels hun intrek hebben genomen. Hoe schrijnend liet Ewout in zijn programma zien dat mensen als ratten in holen leven.
Maar in hoeverre kan je dat stellen want op zijn vraag ‘Zou je hier niet weg willen?’ kwam meestal het antwoord, ‘Ik zou niet weten wat ik in een andere stad zou moeten doen….’
We raken er niet over uitgepraat, Las Vegas: you love it or you hate it!, en wandelen verder over the Strip, door en langs de mega casino’s als ineens een regenbui neervalt. Mooi buitje voor het stof: de stad en wij frissen op.
Hoe moe mijn voeten ook zijn, ik loop een casino in en het lijkt een soort Lourdes want ik ben als herboren. ?  Het resultaat is dat we wederom iets na middernacht ? terug zwalken naar de camper, her en der liggen zwervers op straat te slapen maar toch voelen we ons geen moment onveilig.
‘s-Morgens bel ik naar mijn moeder, vertel haar dat de muizenvallen gelukkig nog steeds leeg zijn en ze vraagt wat onze verdere plannen zijn. Op mijn antwoord; ‘We gaan vandaag weer verder want Vegas is killing!’ lacht ze me uit, ‘Ja, ja, dat heb ik eerder gehoord!’ ? Maar het is dit keer waar, we vertrekken echt.
Na twee lange nachten met weinig slaap zijn we gebroken. De twee uurtjes rijden tot St.George redden we net en daar gaan we, onder het motto rust en een zwembad, de KOA camping op waar we op bijzondere wijze door de escort naar onze plek worden gebracht.
Helaas is het alsof de duivel er mee speelt want op onze rustdag regent het! ? We ruimen wat op, doen een paar klusjes en bestuderen de kaart want we zitten een uur van Zion National park waar we in 2017 met mijn ouders ook waren maar toen was het vreselijk druk zodat we weinig hebben gezien. Dit natuurreservaat dankt zijn naam aan de Mormoonse pioniers. Het heeft buiten een grote verscheidenheid aan planten en dieren een aantal bijzondere natuurlijke verschijnselen met namen als Emerald Pools, the Narrows en Angels Landing. Als we de volgende ochtend voorbij het plaatsje Springdale bijna bij het park zijn bekruipt ons het gevoel dat het nu wederom heel druk zal zijn. Overal staan waarschuwingsborden dat de parkeerplaatsen en campgrounds binnen het park vol zitten maar eigenwijs als we zijn rijden we toch door. De dame bij de ingang meet de breedte van onze camper die gelukkig binnen de toegestane meters (2.4 meter) ligt anders moet er 15 dollar betaald worden om de Mt. Carmel tunnel, die de beide ingangen verbind, door te gaan. Ben je namelijk te breed dan wordt het verkeer in de tunnel tijdelijk stilgelegd en wordt je als een soort ‘zwaar transport’ er doorheen geleid. ‘Draaien, draaien, daar is nog een plekkie!’ roept mijn lover luid als ik de parkeerplaats bij het visitor centre op stuur.
Vanaf hier nemen we de shuttlebus het park in. Boven verwachting gaat deze razendsnel, er zijn negen bezienswaardigheden en je kan overal op en afstappen.
Op de bijbehorende kaart staat wat er bij ieder punt te bezichtigen of te wandelen is. Bij nummer 9 (eindpunt) stappen we uit om de wandeling naar de Narrows te maken.
Helaas is deze maar gedeeltelijk open en is het stuk waar je door het water moet lopen in de Virgin rivier, tot in de canyon waar de bergen aan beide zijden van de kloof elkaar bijna raken en je geen daglicht meer ziet, dicht door de regen van de afgelopen dagen.
Ook vandaag is het bewolkt maar de zon komt af en toe toch te voorschijn. Einde van de middag zijn we terug en gaan op zoek naar een overnachtingsplek. Niet slim, we weten het maar soms gaan dingen zo en ben je veel te laat…. ? De beide campgrounds aan deze kant van het park zitten vol maar er is wel een bepaald stuk BLM land net er buiten waar je kan staan.
Dit zijn echter gemarkeerde en genummerde plekken die, vertelt de dame in het visitor centre, in het weekend heel snel vol staan. Op de parkeerplaats bij onze camper staat een verzameling mensen de hut te bewonderen. Met een ‘Sorry, we hebben haast!’ rijden we helaas rap weg. Het is even puzzelen op de kaart maar dan zien we de weg, het is een kiezelweg die al snel overgaat in een opgedroogd modderpad. ‘Gadver, wat een rotzooi, als het vannacht gaat regenen komen we misschien niet meer weg….’ opper ik voorzichtig maar mijn lover ziet het probleem nog niet echt en stuurt voorzichtig de hut al bonkend door kuilen en gaten. Waar we niet verder kunnen moeten we achteruit en bij het draaien duwt de hut een paaltje om….ach, een kleinigheid moet kunnen! ? Het is allemaal redelijk goed aangegeven maar helaas zijn alle genummerde plekken al bezet. ‘Daar staan er een paar gewoon op een stuk zonder nummer, zullen we erbij gaan staan?’ vraagt mijn lover. En dat is zo leuk: hij vraagt en doet gelijk dus we komen op een verrot stuk land, boem, boem, beukt de hut en we schudden heen en weer. ‘Zeg het maar, is het wat?!’ vraagt ie dan hoopvol. ‘Gaat er vanaf, wat een kolerezooi!’ kan ik alleen maar roepen. Hij draait en daar klinkt een harde klap, ‘WTF is dat?’ Ik doe de deur open en kijk, ‘Volgens mij is het een steen die we in tweeën gekraakt hebben….’ Maar weer op de kiezelweg klinkt er een slepend geluid onder de camper. ? Hij springt eruit, kijkt onder de camper, wrikt en pakt dan iets beet, ‘Kijk nou, de isolatiebodem van de schoonwatertank is er onderuit #?#**#?#!’ Hij gooit de gebroken stukken tussen ons in, ‘Hé, dat lijkt verdacht veel op wat ik net voor een steen aan zag!’ denk ik maar ik zeg het maar niet….? Het is wel asociaal maar op een stuk waar niemand ons ziet flikkeren we de kapotte stukken naar buiten. De bodem van de vuilwatertank zijn we in 2017 al verloren en nu dit weer. ‘Ik ben er zo klaar mee, we rijden wel naar een camping!’ mompelt mijn handsome. Maar echt alle campgrounds in de buurt van Zion zitten vol. ?Uiteindelijk zijn we weer terug op de KOA bij St. George waar we een bericht van Jos en Marjon ontvangen: ze zijn ook in de buurt van Zion en vanmorgen weggegleden op een totaal doorweekt BLM land.  Er moest zelfs een takelwagen aan te pas komen.
Rond 08.30 uur rijden we de volgende dag terug naar Zion en sluiten aan in de wachtrij bij South Campground
waar we na zo’n anderhalf uur wachten worden beloond met een mooie plek! ?
Ik heb het al eens eerder aangegeven: het reserveren in Amerika is een dingetje en absoluut niet zo georganiseerd als bij ons. Op onze plaats stallen we de hut en als mijn lover de fietsen tevoorschijn haalt lopen er een paar herten langs.
In een lekker zonnetje fietsen we door het park tot punt 5 waar we de wandeling naar de Emerald Pool en zijn watervallen maken.
Ze hebben een rare regel voor fietsers hier: Als er een shuttlebus achterop komt dan moet je als fietser stoppen, afstappen en de berm in. Ook al is de weg 10 meter breed, de bus weigert om je te passeren. Tja, in Europa heb je een rijbewijs nodig om een bus te besturen….?
Als we terug zijn bij de camper en genieten van een stukje BBQ vlees zijn we het erover eens: het is hier ondanks de erge drukte toch prachtig en heel indrukwekkend. ?

Ondanks de muur van Trump illegalen in de camper!

Eindelijk is het dan zover, op Koningsdag vertrekken we weer voor een paar maanden naar Amerika nadat we door omstandigheden veel langer thuis in Nederland zijn geweest….althans volgens Roel. Ik vind het best meevallen maar begrijp hem wel want met kantoor aan huis is er altijd iets te doen. Eigenlijk stond ons vertrek in maart gepland maar toen had heel Californië te kampen met grote overstromingen. Zo ook Han, onze Nederlandse vriend waar de camper gestald staat.  De toegangsweg naar zijn huis werd weggevaagd door het stromende water. ?

We konden de camper onmogelijk weg krijgen en moesten annuleren. Als troost gingen we nog snel een weekje naar de sneeuw in de Alpen. ?

Op deze vrijdagavond staan we klaar voor vertrek en uitgezwaaid door mijn ouders zeulen we drie koffers, twee rugzakken, een computertas en mijn handtas in de trein.

Relaxed zitten we rond 21.30 uur met een tequila sunrise in het Hyatt Amsterdam Airport; het avontuur is weer begonnen (Voor de nieuwkomers op ons blog: https://www.siaenroelopreis.nl/sia-en-roel-gaan-vanaf-eind-juni-2017-met-hun-eigen-camper-op-reis-door-noord-amerika/ ).

Voordat we naar bed gaan checken we de koffers en de rugzakken, die we vanmiddag weer op het laatst hebben ingepakt ?, nog eens en natuurlijk wordt er wederom iets overgepakt, het lijkt alsof we het nooit zullen leren! ? We checken de vluchtgegevens ook nogmaals en nu blijkt dat er twee plaatsen met extra beenruimte beschikbaar zijn gekomen. Doordat we laat hebben geboekt was er weinig meer te kiezen. Nadat Roel de plaatsen heeft omgezet doen we het licht uit. Midden in de nacht schrik ik wakker van kwaad mompelen naast me, ‘Er zit hier in de kamer naast ons een gestoorde een computerspelletje te spelen met zo’n wezenloos geluid erbij!’ sist mijn lover. ? Ik luister en inderdaad hoor een pieptoon met daarna wat tekst en dat herhaalt zich continue. ‘WTF, dat is het brandalarm!’ roep ik uit en gelijk zijn we wakker. Ik wil de gang op rennen maar oeps, eerst iets aantrekken want mijn pyjamaatje zit al in de koffer. ?  Inmiddels blijft het alarm gaan, op de gang zie ik mensen voorbij lopen en de liften zijn out of order. Ik ga terug naar mijn lover, die nog op bed ligt, plof neer en terwijl ik mijn verhaal doe stopt het alarm. Het blijkt dat er ergens kortsluiting op een kamer was ontstaan. Zoals gezegd ons avontuur was begonnen en de eerste story is net gepasseerd. ? Die avond in de bar had ik juist zitten mijmeren wat nu weer te schrijven omdat onze route de eerste weken in Amerika vrijwel hetzelfde zal zijn.

De vlucht naar Los Angeles verloopt rustig en ook dit keer komen we weer zonder problemen met auto-onderdelen, levensmiddelen zoals kaas, boterkoek voor Han en meel voor Roel zijn eigen gebakken brood door de controle. ?Begin van de avond stappen we binnen bij Han en we zijn versleten. Het vliegen, de rit met de huurauto en de gebroken nacht ervoor eisen hun tol. ‘Willen jullie niet even bij de camper kijken?’ vraagt Han maar we hebben geen puf meer en verdwijnen na het eten naar bed in zijn logeerkamer. Het klinkt gek maar het voelt een soort home sweet home. ? De jetlag maakt dat we om 03:00 uur klaar wakker liggen en verslaafd als we zijn gaan we facebooken. Als ik naar mijn lover toe draai raken we verstrikt in de oplaad snoeren van Iphone en IPad, ‘We lijken wel een stel op de IC zo met al die draden,’ hik ik van de lach. ? Rond 07.00 uur kruip ik uit bed, loop bellend met mijn moeder en een kop thee over het land van Han. Wat een schade is er ontstaan door het water! ?
Het plan is om een paar dagen hier te blijven, dan richting Las Vegas met een tussenstop in de buurt van Lake Havasu waar we Jos en Marjon met hond Tinka, die we tijdens de reis vorig jaar hebben leren kennen, weer gaan ontmoeten en de voor hen meegebrachte spullen afleveren. Vandaar gaat onze trip dan verder omhoog naar Seattle waar vandaan we op 27 juli naar Amsterdam terugvliegen….maar daarover later meer. ? ‘Eerst de afwas en dan ga ik je haren knippen!’ beslist Han na het ontbijt. Roel verdwijnt vast met wat spullen naar de camper. Terwijl wij al babbelend de afwas doen komt mijn lover weer binnen en roept; ‘Nou, hier zijn we klaar mee, muizen in de camper!!’ ? Hij beschrijft wat ie net heeft gezien en we lopen vol ongeloof achter hem aan. In de camper treffen we een ravage aan die vreselijk is, twee dode muizen gelijk in de deuropening, overal keutels en bergen aangevreten wc papier.
WTF, waar hebben ze allemaal gezeten: in bed, in de kasten, tussen de kleding, het linnengoed en de schoenen! Echt het is teveel om op te noemen. Zelfs een berg wcpapiersnippers in de lamp van de douche. ? We hadden vorig jaar bij het verlaten van de camper gelukkig gif gestrooid en de muizenlijkjes liggen her en der verspreid. ‘Alles eruit en schoonmaken!’ beslissen de heren terwijl ik alleen maar zwijgend kan toekijken. Han begrijpt er niets van want ongeveer vier weken geleden was hij nog voor controle in de camper. Roel parkeert de hut bij de waslijnen en daar gaat de hele inhoud eruit. De nieuwe kussens van de banken zijn gelukkig niet aangevreten.
Vervolgens begint mijn lover met de luiken onderin de camper, Han en ik halen de kleding eruit en starten een wasserette. In lekker onvervalst Haags loopt hij te mopperen op me, ‘Wat een t#*#*zooi sleep jij mee, al die jurken en hoeveel overhemden heeft hij wel niet bij zich! Meid, je bent met een camper op pad!’ ? Dat het een verzameling is van de afgelopen acht maanden gaat er bij hem niet in, ‘Weggooien en niet alles bewaren!’ roept ie maar uit. Van buiten klinkt Roel weer, ‘Gadverdamme, weer twee dooien!’ ? Aan het einde van de dag kan ik niet meer en piep; ‘We stoppen en gaan eten bij de Stagecoach (de plaatselijke kroeg in Aguanga)’. Daar maken we de balans op van vandaag: vijf dode en zelfs één levende muis die er door Roel is uitgeslagen, aangevreten dingen zoals overhemden, vesten, etiketten van blikken groente, linnengoed, hoofdkussens en het ergst van alles….twee paar leuke sneakers van mij! ?
‘Het zijn selectieve muizen want ze vreten wel mijn doorstappers op maar niet mijn glittersandaaltjes met hakken!’ lach ik als een boer met kiespijn. ? En de Conimex pakjes babi pangang kruiden lusten ze ook niet. ?
We hebben nog één muizenval kunnen vinden van vorig jaar en die met pindakaas gevuld, ja echt waar daar zijn muizen gek op ?, in de camper geplaatst. Morgen eerst naar de shops om er een aantal bij te kopen. Na een gebroken nacht, door de jetlag en de muizenissen in mijn hoofd, sluipen we de volgende ochtend als een koppel uit de serie Tour of Duty naar de vijand: onze camper die omgetoverd is tot een muizenparadijs. Mijn lover opent de deur, werpt een quickscan naar binnen en ik wacht op zijn teken. Hij vloekt en houdt de val in zijn handen….de slimmeriken hebben de pindakaas opgevreten zonder dat de val is dicht geklapt. ? De gifblokjes zijn ook weer aangevreten en op bed liggen nieuwe keutels….of heb ik die gisteren niet gezien. De vijand is ons te slim afgeweest. ?Han komt met een grote tas waar we al het servies, de pannen en bestek in doen, vervolgens afwassen en weer in de schoongemaakte kasten stoppen. Ondertussen haalt
Roel het tapijt eruit, klopt en veegt de camper verder schoon. ‘s-Middags gaan we naar Temecula, kopen een nieuw stuk tapijt en een aantal muizenvallen die we in de camper plaatsen. Na het eten rolt mijn lover doodmoe zijn bed in maar ik niet, ik heb namelijk een missie: de vijand verslaan! Op internet zoek ik naar het leven van de muis….: ‘Verplaatst u in de huid van de vijand’. Han zit tegenover mij met zijn IPad en af en toe slaak ik een kreet, ‘Weet jij dat ze dit zo doen en dat juist niet!’ Hij kijkt me ongelovig aan, ‘Kind, wat heb je daar nou toch aan!’ ? Ik kan jullie verzekeren lieve lezers en lezeressen: ik weet inmiddels alles van de muis! Als ik in bed kruip hoop ik dat mijn lover wakker wordt zodat ik mijn vergaarde kennis kan delen maar helaas; hij slaapt als een roos. Ben ik dan de enige die dit zo erg vind! ? Na weer een slapeloze nacht sluipen we opnieuw naar het plaats delict en het ritueel herhaalt zich maar nu hebben we geluk! ‘Kijk eens, wat een dikkerd!’ roept mijn wederhelft opgewonden uit en gooit de val met muis langs mij naar buiten. ? OMG, wat vies! ‘Graaf maar even een gat en stop hem erin!’ roept ie erachter aan en ik denk, ‘Are you talking to me….’  ? Natuurlijk graaf ik een kuiltje en als het beest erin ligt schep ik zand erover. Zo dan: one is down, hoeveel nog te gaan? ?? Langzaam verdwijnt de vieze muizenlucht uit de camper die inmiddels door de Dettol en Lysol nu naar een soort mobiel ziekenhuis begint te ruiken. Han heeft een aantal afspraken in Temecula en wij moeten de huurauto retour brengen. Ook weer gezanik want de huurmaatschappij brengt zo maar 60 dollar extra in rekening voor iets wat we niet wilden en niet nodig hebben. De dame van Budget in LA zal wel provisie krijgen. ? Eind van de middag rijden we met zijn drieën terug naar huis. Ik probeer te genieten van al wat ik zie want door de vele regen is het zo groen onderweg: het gras, de bomen en de bergen in de verte zijn prachtig!
Maar op mijn schouder blijft dat vervelende poppetje zitten die fluisterend zegt dat er nog steeds muizen in de camper zitten. Het is echt triest want na het eten duik ik weer het internet op en ontdek wederom bijzondere details over mijn kleine vijanden. ‘Zat je weer op het darkweb van de muizen.’ ? vraagt Roel als ik zachtjes in bed stap en ik denk, ‘Lach maar, de kleine rakkertjes zijn van mij!’ ? Als ik na de vierde slapeloze nacht in de spiegel kijk schrik ik van mezelf, daar staat ze de sprankelende Cheryl veranderd in een muizenterminator met verwarde haren en grote schrikogen met wallen. ? ’Lekker stuk, kom op naar het muizenparadijs,’ roept mijn lover uit en daar aangekomen vinden we er weer één in de val. Helaas is deze ongelukkige niet goed dood en moet nog een klap op zijn koppie krijgen. ? Het is heel tegenstrijdig, ik wil ze niet doden maar moet ze ook niet in de camper. ?  Vandaag is het al woensdag en als alles goed gaat willen we morgen gaan vertrekken. De hele camper is ondersteboven geweest, schoongemaakt, alle kleding en linnengoed hangt en ligt er fris gewassen in. ‘Ik ga nu eerst je haar knippen.’ beslist Han en vrolijkt me op als hij een haarstuk bevestigd. ‘Leuk voor Roel, die houdt toch van lange haren!’ giert ie het uit en laat me zien hoe het werkt. ?
‘s-Middags gaan we shoppen terwijl mijn lover het nieuwe tapijtje gaat leggen en de vijand blijft observeren . ?
Later pikken we hem op en rijden naar het Cahuilla Casino een stuk verderop waar we na een prima maaltijd een gokje wagen….what else?! ?
Ik val bijna in slaap als ik me bedenk dat ik morgenavond in het muizenparadijs moet slapen, gadver! ? ‘Zouden ze er nog zitten?’ sis ik naar mijn lover. ‘Mens, ga slapen of wil je dat ik midden in de nacht nog ga kijken!’ klinkt het heel vriendelijk van zijn kant. ? Maar thank you Lord, een wonder want donderdagmorgen  zijn de vallen leeg en het gif niet meer aangevreten. ? Buurman Kenny komt langs, hij gaat de weg nog een keer goed glad maken met de tractor zodat de camper er hopelijk zonder probleem over heen kan rijden. Als we hem vertellen van de muizen kijkt ie ons aan en zegt dan; ‘They are every where, I have them but I don’t care, it’s nature…. Ik knik instemmend maar denk;  ‘Het is de natuur maar gadverdamme het blijft smerig.’ ?Na het ontbijt zijn we klaar voor vertrek, nemen afscheid van Han en terwijl mijn lover rijdt hou ik mijn vingers gekruist opdat we niet vast komen te zitten op de zanderige weg. Zonder problemen bereiken we gelukkig de asfaltweg. ? In Temecula doen we boodschappen, wassen de buitenkant van de camper
en rijden dan de Highway op. Rond zes mei hebben we met Jos en Marjon afgesproken in Lake Havasu dus we kunnen de komende dagen rustig aan doen. Palm Springs verschijnt op de borden en na kort overleg gaan we eraf. We zijn hier al meerdere keren geweest maar nog niet met de camper….tijd om dat eens te ontdekken! Bij het Visitor Centre vragen we informatie over de campings en de dame vertelt dat er vanavond vanaf 20.00 uur braderie is in het centrum. Op Happy Traveler RV park, een kwartier lopen vanaf het centrum, vinden we een plek
en een zwembad waar we inplonsen (temperatuur hier 30 graden). Als de zon onder is slenteren we door het stadje en trakteren ons zelf op een etentje bij Mexicaans restaurant Maracas waar ze behalve prima gerechten ook echt de lekkerste Margarita’s van Palm Springs serveren. ?
De hele hoofdstraat is intussen afgesloten en er is een kilometer lange braderie waar duizenden bezoekers op afkomen.
De temperatuur is nog hoog en de vernevelaars doen hun best.
Licht aangeschoten zwalken we terug naar de warme camper waar de muizenvalletjes leeg naar ons staan te twinkelen.  ? We kruipen in bed, eigenlijk is het zo dat ik mijn lover in bed help ? en terwijl ik naast hem lig vraag ik me af waarom mannen bij mij altijd gaan drinken. ? De wind waait door de openstaande ramen en ik kijk naar het blote been van mijn lover. ‘Zal ik over zijn been kriebelen als een muis of is dat erg flauw.’  ? Tsja, drank maakt soms meer kapot dan je lief is….

Einde van deel twee

Al weer twee weken terug in Nederland en de mallemolen, ook wel agenda genoemd ?, stond iedere dag vol met afspraken. Vandaag op deze regenachtige zondag staat er niets dus hebben we tijd voor een korte terugblik van de laatste week:
De dagen aan het strand vliegen voorbij met fietsen en wandelen. Overdag is de temperatuur prima maar de avonden zijn fris. Wat tegenvalt is dat het rond 17.00 uur al donker is….winter is coming. ?

Het valt weer op dat de Amerikanen niet kunnen plannen want we moeten ons om de dag komen melden bij de receptie van de camping met de vraag of we op dezelfde plek kunnen blijven staan. Wij hebben namelijk niet gereserveerd en kunnen dat ook niet omdat het computersysteem geen buitenlanders toelaat….Buitenlandse postcodes en telefoonnummers passen niet in het reserveringssysteem. Tja, zeg het maar! ? Dus begeven we ons iedere morgen trouw naar de receptie en staan in één week tijd op drie verschillende plekken. Het klinkt omslachtig en dat is het ook, zeker als je weet dat de campground absoluut niet vol was. Moet ik wel bij zeggen dat ik ook niet makkelijk ben want ik wil bijvoorbeeld niet naast een groep met kleine schreeuwertjes of in de buurt van de toiletten staan. ?

Op zaterdag vertrekken we van de kust en na een lunchstop in Oceanside zijn we eind van de middag in het dorp Pala, oorspronkelijk van de Indianen, klein en bekend door zijn mega casino resort. Van de vorige keer weten we dat je hier op de grote bewaakte parkeerplaats kan overnachten en ook nu vinden we een prima plek. Het is druk in het casino en de reden wordt ons snel duidelijk: morgen is het Veterans Day. De jaarlijkse gedenkdag, 11 november, waarop Amerika eer betoont aan iedereen die gediend heeft in de strijdkrachten. In het casino en de restaurants zijn verschillende aanbiedingen voor de militairen die in groten getale aanwezig zijn. Het duurt dan ook even voor er een tafeltje vrij komt in het restaurant en wij aan de beurt zijn. Zondagmorgen rijden we de korte maar zeer bochtige weg van Pala naar Temecula, doen daar wat boodschappen en trappen dan het gaspedaal in voor de laatste kilometers naar Han in Aguanga. Die hoort ons al aankomen en opent het hek, de hondjes Saar en Betsy springen in het rond, kater Hanky komt kopjes geven en in de verte kukelen de hanen: home sweet Californië. ?

En nu effe in bad.

Het huis van Han staat links onderin, onze camper een stukje daarboven. Leuk dat google earth ;-) En toevallig dat die satelliet net over kwam toen wij er waren. Big brother is watching you.

Zondagavond speelt er altijd een band in het plaatselijke restaurant de Stagecoach en rond 17.00 uur vertrekken we erheen want een mens moet toch ergens eten. ?

Komt een vaste klant van het restaurant op ons af en vraagt: komen jullie uit Nederland.

Nou, strak in 1 keer geraden natuurlijk maar dan willen we ook gelijk weten hoe ie dat weet. ‘I have a friend in the Netherlands. In Vlaardingen. I recognize the language’. WTF. Wij zeggen gelijk ‘Dat is onze stad. Wie is het dan ?’ ‘Yeh, a guy that sailed once in his boat over the ocean and never came further than Vlaardingen’. Oh zegt Roel, dan weet ik het wel. ‘Tim ó Connor’, big black hat, playing guitar and making poems ?’ Ja, die dus. De wereld is klein…

Als we maandagmorgen wakker worden is het besef daar: dit is de laatste week want zondag vliegen we naar huis. Onze gevoelens zijn verschillend want waar ik het super leuk vind om naar huis te gaan vindt mijn lover het afschuwelijk. Ik geef hem het advies om het niet telkens te herhalen want echt in één uur zegt hij wel zes keer; ‘Vreselijk, voor mij hoeft het niet!’ ? Ik begrijp hem wel want doordat één van onze fotografen voor drie maanden naar Nieuw Zeeland gaat moet ‘de baas’ zelf aan de slag. We zijn acht maanden onderweg geweest, acht maanden van ‘niets hoeft en alles kan’ en dat gaat nu veranderen. De agenda stroomt vol met afspraken die de meiden op kantoor bijhouden. ? Maar zover zijn we nog niet want voor nu moeten er inkopen gedaan worden dus Han en ik gaan op pad. Voor mijn moeder een sprei, dat geeft wat hilariteit als we in de winkel gaan bellen welke kleur ze mooier vindt en geen erg in het tijdverschil hebben, de arme mensen lagen al op één oortje. ?

Nu kan ik de verleiding ook niet weerstaan en koop de (on)nodige kerstspullen.

Met een lading tassen komen we terug en nuchter merkt mijn lover op; ‘Dat gaat weer een koffer extra worden….’

De volgende dag gaan we nog even naar de Aldi en ook hier blijkt weer hoeveel zonderlingen er op de aarde rondlopen. Een Indiaase of Pakistaanse man loopt met een pop in een winkelwagentje waar hij tegen babbelt in zo’n ‘Moeder wat is het heet’-accent (als iemand die tv serie nog kent) door de winkel. Zeker zijn vriendin….?

En uiteraard wordt er nog een heel foute kersttrui aangeschaft.

Op dinsdag heeft Han een ziekenhuisafspraak en pas ik op de dieren terwijl we ondertussen de spullen maar gaan verzamelen en opruimen. Bij het inpakken blijkt dat we inderdaad nog een koffer nodig hebben met als resultaat drie koffers vol kerstspullen. ? We vliegen vanaf San Diego naar huis en omdat we een vroege vlucht hebben gaan we zaterdag alvast richting het vliegveld. De laatste avond brengen we in Old Town door waar een gezellige sfeer hangt….

misschien iets te gezellig want de volgende ochtend worden we beiden met een klein katertje wakker. ‘Dat doen we goed zo op de laatste avond.’ mompelen we tegen elkaar.

Na het inleveren van de huurauto brengt de pendelbus ons naar de vertrekhal en checken we de koffers in: we zijn er klaar voor!

Via Salt Lake City vliegen we met Delta Airlines naar Amsterdam. Eigenlijk zijn we voor de rechtstreekse vluchten met de blauwe vogel maar die was in deze periode meer dan het dubbele tarief. We hebben nu een retourtje voor 530,00 euro. ? Een retour….? Yep, want dat was de enige manier om mijn lover mee naar huis te lokken want half maart vliegen we terug naar the States. De overstap in Salt Lake is kort: ons vliegtuig was al met vertraging uit San Diego vertrokken en nu is er een medepassagier die de vloerbedekking van de gate saai vindt en er wat eigen fantasie op spuugt….? Nadat de troep is opgeruimd kunnen wij erdoor en rennen naar de gate waar het toestel naar Amsterdam al aan het boarden is. De bagage is doorgelabeld en ik hoop maar dat mijn kerstspullen niet zoek raken. Uiteindelijk zijn we ook nog bijna de eersten die het vliegtuig in gaan, weer stress voor niets.

We hebben een rustige vlucht en als mijn lover het on-board internet ontdekt is het nog rustiger. ?

Oke, voor mij was er een mini casino in de stoel van m’n voorganger. ?

Maandagmorgen rond 08.00 uur zegt ons eigen kikkerlandje in een mistige koude lucht; ‘Goedemorgen!’ Met de verzameling koffers verlaten we de aankomsthal waar geen Douane zit, helemaal nobody te zien….misschien was het net koffiepauze. ? Net door de schuifdeuren gelopen zie ik mijn ouders staan. Wat een leuke verrassing want zo op de vroege morgen hadden we niemand verwacht! We schieten een restaurantje op Schiphol in: eerst een koffie/thee op Nederlandse bodem en thuis kan nog wel even wachten. ?

Als laatste nog wat zinnige en onzinnige feitjes:

We waren 14 maanden onderweg (met een onderbreking eind 2017-begin 2018), hebben totaal 45.000 km gereden en 6 banden versleten.

Ik ging 14 x naar de kapper waarvan 4 x bij Han.

Roel bezocht 2 ziekenhuizen voor totaal 55.000 dollar (gelukkig verzekerd en geen galstenen meer) en 1 tandarts voor een afgebroken kroon.

45.000 kilometer met een gemiddelde van 1 op 7,7 = 5844 liter diesel. Plus 4 liter benzine om de BBQ aan te steken en 200 liter propaan voor de kachel en het warme water.

Garagebezoeken waren er (te) veel: maar liefst 9. Men heeft 2 voorlagers, 1 dieselpomp, remblokken en -schijven, olie- lucht- en dieselfilters vervangen en grote en kleine beurten uitgevoerd.

We hadden oneindig slechte wegen waarvan zelfs 700 km onverhard.
Lieten ons 2 x door sneeuw en vorst overvallen maar géén keer door de boeven.

Wildlife hebben we heel veel gezien: 35 grizzly’s, minstens evenveel zwarte beren, 3 lynxen, 1 wolf, ontelbare eagles, walvissen, zeehonden en beluga’s. Plus nog wat otters en ander klein grut.

Bij Starbucks heb ik denkelijk wel zo’n 325 koppen koffie op, Victoria’s Secret plunderde ik 5 keer en verder werden er 12 paar schoenen en 4 handtassen geshopt.

De supermarkten zijn waanzinnig groot met bijzondere klanten en we scoorden iets van 1263 plastic tasjes en aan voedsel aten we: 1 varken, 1/2 koe en een halve kippenren.

We aten maar drie keer het Amerikaanse volksvoedsel: hamburgers.

Roel bakte zeker 25 keer z’n eigen brood maar de uitkomst was niet altijd dezelfde. Amerikaans meel is heel anders.

15 x passeerden we de grens Canada – Amerika en v.v. Soms werd er hierbij wel eens iets in beslag genomen: Verboden groenten als tomaten, appels, knoflook, uien, aardappels en citrusfruit.

Vijf koffers was het hoogste aantal wat we 1 keer op een vlucht bij ons hadden en totaal vervoerden we minimaal 20 kilo aan kerstspullen.

Het meest gebruikte WiFi password onderweg was: Driftwood. Roel zijn eerste taak op de plek van bestemming was internet verzorgen voor deze verslaafde….gelukkig kan hij er zelf makkelijk buiten!

Honden zitten gewoon achterin een pick-up bak of hangen uit het raam. Je went eraan maar soms durfde ik niet te kijken uit angst dat het mis zou gaan.

Bezochten we rond de 50 verschillende casino’s, was er maar 1 aanzoek en 1 Weddingchapel.

De mop van Roel ‘over de brug naar Halifax via IJsland’ : minstens 400 x verteld.

Roel maakte 36.000 (1e helft) en 49.000 foto’s tijdens het tweede stuk. Daar worden er wel een paar als onbruikbaar van gedelete.

2 x kochten we een Amerikaanse National Parkpass. De Canadese was gratis vanwege het 150 jarig bestaan van Canada.

Boven dit alles staat: we hebben heel veel super leuke bijzondere ontmoetingen gehad, leerden elkaar goed kennen en zijn nog steeds happy together. ❤️

De Mexicaanse grens

Om de Grand Canyon uit te komen kiezen we de uitgang bij Cameron om vandaar naar Flagstaff te rijden. Onderweg stoppen we bij verschillende uitzichtpunten

maar als ik bij Moran Point uitstap ruik ik diesel! Omdat ik de camper parkeer op een ‘vieze’ plek denkt mijn lover dat het olie of zo van vorige auto’s is geweest. Het zit me toch niet lekker en bij het volgende punt snuffel ik om de camper heen terwijl hij de canyon fotografeert. ‘Wat doe je nou, ruik je echt iets?’ vraagt ie maar ik weet het niet zeker dus de motorkap gaat open en Wow, een aantal dieselleidingen zijn zeiknat. WTF is dit nu weer? ? ‘Start jij de motor eens dan kijk ik wat er gebeurd.’ beslist mijn lover en ik start. ‘Stoppen, stoppen!’ klinkt al direct zijn kreet want vanuit een van de leidingen, die ook los ligt, spuit via een minuscuul gaatje diesel! ? We zijn inmiddels best handig na alles wat we al hebben gehad en bedenken een oplossing. De boel met papier droog vegen, stukje rubber van een oude fietsband op het gaatje en dat met een tie-wrap vastzetten. Deze simpele bush-fix werkt! ?? Bij Flagstaff komen we weer op Route 66 en mijn lover begint spontaan ‘Get your kicks on Route 66’ te zingen….iets wat ie iedere keer doet als we op deze route rijden. ?
Camping Woody Mountain ziet er verlaten uit, het blijkt dat ie nog maar twee dagen open is en 1 november sluit omdat het seizoen afgelopen is.

De volgende morgen rijden we door het lang gestrekte dorp en krijgen er beiden geen vibraties van. Er zit een Chrysler garage die ook het Fiat logo voert, we wagen de gok en vragen of er tijd is om even naar de leiding te kijken. Het is weer hetzelfde liedje: men wil of kan ons niet helpen met dit Europese model. ? ‘Kom aanstaande woensdag maar dan heeft een van de monteurs mogelijk tijd om er naar te kijken.’ zegt de chef. Omdat onze reparatie er vanmorgen nog prima uitzag laten we het hierbij en verlaten de bereidwillige service gerichte kerel. ? Via een zeer bochtige weg komen we in Coconino National Forest. Het lijkt wel een schilderij: hoge rode rotsen en bomen in alle herfsttinten. Helaas miezert het zodat we geen zin hebben om uit te stappen.


We zien een stuk of vier campings in dit park die allemaal al ‘closed for the season’ zijn en rijden door tot Sedona. Daar is het druk en toeristisch, overal betaalde parkings en heel veel spirituele winkeltjes waar allerlei soorten edelstenen met heilzame werkingen wachten op verkoop zodat ze iemand kunnen healen. Er zitten bijzonder mooie sieraden bij en ik koop een veel te dure armband die door Indianen is gemaakt: hopelijk wel met de juiste healende steen! ?

In het dorp is een camping maar na een quick scan houden we het voor gezien, de plaatsen zijn somber in een donker bos. Komt bij dat de receptioniste ook de vriendelijkste niet is….? Ongeveer 10 km buiten het centrum op de vreselijk mooie Red Rock loop road

vinden we campground Avalon, deze spirituele camping is een voormalig retraite centrum en bijzonder mooi gelegen in de bergen.

Als de eigenaar later in de middag een praatje komt maken zien we in de verte bliksemschichten en de donder laat zich horen.

‘Heb ik toch de verkeerde steen gekocht of deed ik mijn oefeningen niet goed….?’ ? Mijn lover gaat opgewonden al zijn apparatuur pakken om het onweer te fotograferen maar helaas voor hem drijft het over. In een stralende zon rijden we de volgende dag terug naar Sedona om vanaf daar een stuk terug in het Coconino Forest te rijden.

Als we bij een uitzichtpunt koffie/thee doen staan ineens Bart en Manon, die we op de camping in Vegas hebben ontmoet, voor onze neus. Zij hebben overnacht op de camping in het centrum en geloven dat ze daar ook de camper van Suus en Neomi hebben gezien. ? We rijden een stuk het Forest in (ik achter het stuur met een lover die met camera uit de raam hangt) maar op de een of andere manier waren de kleuren gisteren in de regen veel mooier dus we keren want onze route gaat de andere kant op richting Prescott. In Sedona kijken we nog even bij een rotskerk maar daar zijn ze niet erg campervriendelijk. Verboden in te rijden en onmogelijk er te parkeren.

We hebben verder niet echt een plan en besluiten eerst om langs Montezuma Castle te gaan. Dit zijn hele oude (jaar 1400) indrukwekkende klifwoningen gebouwd door de Sinagua Indianen.

Een maquette geeft weer hoe men daar ooit leefde.

Vervolgens rijden we door de bergen over een zeer kronkelende weg naar ghosttown Jerome waar we eind van de middag arriveren en niet ontdekken waar deze plaats zijn naam aan dankt want we zien een centrum met leuke winkeltjes en restaurants. ? Het museum met uitleg over de stad gaat bijna dicht dus we zullen best iets gemist hebben over dit spookstadje. Wat we niet missen is de camper van Suus en Neomi die net voor het centrum staat geparkeerd. Hond Puck zit achter het stuur en de meiden zijn ’thuis’, leuk dat we elkaar weer treffen! Bij Prescott houden we het voor gezien, schieten campground Point Rocks op en gaan de stad in. Het is Halloween en overal waar we komen lopen verklede mensen rond, zelfs in restaurant Prescott station, waar we eten, zitten verklede mensen aan tafel. Bij ons in Nederland is Halloween toch een tikkie anders dan hier waar men het groots aanpakt.

Het eigenaardig uitziende menu, ribeye met fire butter geserveerd op een oud legerbord, was overigens heerlijk.

Lui komen we de volgende morgen uit bed en boeken nog een nacht op deze prima plek. Mijn privé mecanicien probeert intussen zijn noodreparatie met twee componentenlijm nog wat te verstevigen. Het gaatje lijkt door slijtage te zijn ontstaan maar als het een paar voortanden van een beest zijn zou het me ook niet verbazen.

Ook lopen we nog even door het plaatsje.

‘s-Avonds pakken we de kaart er eens bij om de route te bekijken: gaan we via Lake Havasu of langs de Mexicaanse grens. We kiezen voor de laatste optie omdat we de weg naar Lake Havasu al twee keer hebben gereden. Mexico blijft nog steeds onduidelijk voor ons, we horen verschillende verhalen over criminaliteit en dan vooral over de grensovergang bij Tijuana. We hebben een aantal landen in Zuid Amerika gedaan, met slechte ervaringen in de grote steden, maar blijven nieuwsgierig naar Mexico. Via een scenic route zetten we koers richting Blythe in Californië. Het zijn lange, rechte en stille wegen in de brandende zon van Arizona. Opvallend is het aantal nog lege campgrounds wat we zien,

de een na de andere schiet voorbij in de droge gebieden waar alleen maar grote cactussen schijnen te groeien. Als we stilstaan om deze te fotograferen zien we dat vogels de cactus uithollen en erin kruipen, maken ze een nestje of eten ze iets van de cactus op….?

Omdat er onderweg hele verlaten stukken zijn is het verstandig om waar het kan te tanken en bij het benzinestation in Quartzsite valt de hitte op ons neer, het is 32 graden. ‘Niet klagen zeg ik want hier doen we het voor!’ roept mijn lover vrolijk. Vanachter het stuur knik ik naar hem, soms zitten wij niet echt op één lijn zeg maar. ? ‘Rij eens een stuk door het dorp!’ oppert ie. Weer passeren we vele campings die allemaal in de brandende zon liggen, geen schaduw hebben maar wel lachwekkende prijzen:18 dollar per nacht inclusief full hook-up.

Op goed geluk kiezen we er één uit en raken aan de praat met de receptioniste die uitlegt dat deze plaats the place to be is voor snowbirds (overwinteraars) waarvan velen stenen (oa. fossielen en mineralen) zoeken als hobby hebben, sinds 1960 is dit een paradijs voor ‘stenenzoekers’. Zomers kunnen de temperaturen oplopen tot wel 54 graden en trekken de meeste inwoners weg om in november terug te keren. De maanden november tot en met maart zijn ideaal: rond de 30 graden! ? In januari is werelds grootste openlucht markt, voor wat betreft stenen, hier een aantal dagen te vinden en wordt deze plaats overspoeld door duizenden toeristen. De ouderen trekken er veelal met elkaar op quads uit om in de desert naar stenen te zoeken. Bijzonder feitje is dat het verhuurbedrijf voor scootmobielen hier mobiels met speciale dikke banden voor in het zand verhuurt! ?
In de plaatselijke supermarkt doen we wat boodschappen en terug op de camping zijn we een bezienswaardigheid: onze camper is zeer in trek en mijn lover heeft met de andere mannelijke camperaars diepzinnige gesprekken over het verbruik en gebruik van de campers.

In de morgen branden we al vroeg de hut uit, wat is het heet! Rond negen uur geeft de thermometer al 26 graden aan, ‘Je zal hier toch maar een maand staan!’ mopper ik tegen mijn lover die het niet helemaal begrijpt en eigenlijk nog een nachtje wil bijboeken….? Na een bezoek aan een aantal ‘stenenwinkels’

waar mijn lover zijn hart ophaalt, want vroeger verzamelde hij ook stenen, rijden we weg uit het mineralen mekka maar niet voordat ik een geode heb open gekraakt! ?

Ook nu is de weg die we volgen saai en rechtuit, aan de kant zien we veel herdenkingsplekjes van mensen die het niet gehaald hebben. Ik tuur voor me uit en kan me goed voorstellen hoe makkelijk je hier in slaap kan dommelen: de warmte van de zon en de ééntonige weg. Als we de stad Yuma naderen veranderd de natuur. Deze plaats en omgeving staan bekend als de ’tuin-en groenten streek’. Hele velden met allerlei gewassen trekken aan ons voorbij, in de hitte staan installaties continue te sproeien.

We rijden nu langs de Mexicaanse grens en zien de muur, eigenlijk een heel hoog hek. Voor het hek een regelmatig gladgemaakte strook zand waardoor men aan de voetstappen kan zien of er ontsnappingen zijn geweest.

We zagen het al eerder maar het blijft me verbazen. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik een land niet in mocht of kon. Roel is begin jaren 80 enkele malen in Berlijn geweest toen de muur er nog was en stond zelfs letterlijk óp de muur op 9 november 1989 om te fotograferen hoe deze uiteindelijk omviel. Mijn ervaring op dit gebied is het heftigst in Zuid Amerika geweest waar men niet onvriendelijk was maar wel zeer gecontroleerd en langzaam. ? We houden een korte pauze in Yuma en ik zie alleen maar Mexicanen, werkend op het land of in de winkels. Trump en zijn aanhangers kunnen wel willen dat de Mexicanen weggaan maar wie doet dan het werk….? We tanken, wisselen weer van stuur als ik voor stel om tot San Diego te gaan, het is nog wel een eindje trappen (250 kilometer) maar ik voel me prima. ‘Ik probeer daar de KOA camping te reserveren want je weet van de vorige keer dat na 19.00 uur het hek op slot gaat.’ zegt mijn lover. Hij puzzelt en puzzelt maar de reservering lukt niet dus tijd voor plan B ? en op de speciale app zoeken we hier in de buurt een overnachtingsplek. We rijden door grote vlakken zandduinen waar quads met hoge snelheden door het zand scheuren. Grote mannen zijn net kinderen soms.

Vlakbij in de plaats El Centro zit een Walmart waar overnachten is toegestaan. We halen eerst wat boodschappen en er vallen ons twee dingen op: alles is tweetalig hier zo dicht bij de grens

en men maakt zich op voor Thanksgiving. ?

Dit is trouwens de prijs per pond vermoeden we. Op de parkeerplaats staat één camper, ik zet die van ons er naast en een kerel komt naar buiten. Roel vraagt of ie hier blijft overnachten en of het inderdaad is toegestaan. De kerel, genaamd Luc, reageert enthousiast, hij is een Canadees uit het Franse gedeelte en onderweg naar Mexico. Daar heeft de kleine blonde look a like van Rod Stewart ineens onze aandacht! Hij is al meerdere keren bij Tijuana de grens overgegaan en heeft nooit problemen gehad. Deze grensovergang is juist prettig omdat het een snelweg is. Het gevaar zit hem in de stad waar je moet stoppen want dan ben je kwetsbaar stelt ie. ‘Eénmaal in Baja Californië dan waan je je in een paradijs!’ ratelt ie opgewonden door en als een Fransman schiet ie van de hak op de tak. Als wij voorzichtig aangeven wat we gehoord hebben zegt hij lachend; ‘Reizen begint bij het zelf ondervinden en niet alles geloven wat men zegt!’ Daar heeft ie een punt want we hebben al vaker meegemaakt dat de vooroordelen niet kloppen. Misschien zit het in mensen, gelijk negatief oordelen zonder precies te weten hoe het zit. ? Inmiddels hebben mijn lover en ik al veel verschillende landen bezocht en echt: het is hoe je jezelf opstelt! Luc vertrekt morgenochtend vroeg en als we mee willen….dan kunnen we samen reizen. Het klinkt wel aanlokkelijk maar gezien de twee weken tijd die we nog maar hebben besluiten we het toch niet te doen. Na een warme en korte nacht, de klok gaat bij ons dit weekend een uur terug, rijden we zondagmorgen naar Calexico. Deze plaats is zo genoemd omdat het gelegen is op de grens van de Amerikaanse staat Californië en het land Mexico. We zijn benieuwd hoe de muur hier loopt, zou die dwars door de stad gaan? ? Om het zekere voor het onzekere te nemen rij ik, let mijn lover op de borden en de kaart zodat we niet per ongeluk verkeerd rijden en toch de grens overschieten want ik ben niet zo’n kaartlezertje….?

Het is nog maar net 09.30 uur en redelijk stil als we door het centrum rijden, de meeste inwoners die op straat lopen zien er Mexicaans uit. Daar doemt ie weer voor ons op: de muur! Het is ook hier een ijzeren hek maar zeker tien meter hoog en dwars door de stad, langs huizen, door een rivier, langs een busstation en winkelcentra.

Om de paar honderd meter auto’s van de borderpatrol .

Daar rijden wij in een camper met Nederlands kenteken door de straten. ? Door het hek heen zie ik rijen auto’s staan die Amerika in willen komen, kooplui met allerlei verschillende waar lopen al roepend langs de auto’s in de hoop iets te verkopen. Terwijl ik rij dwalen mijn gedachten alle kanten op want het is bijzonder indrukwekkend. ‘Stop daar verderop eens dan ga ik proberen om een praatje te maken met zo’n kerel van de borderpatrol.’ zegt mijn lover. Ik parkeer, hij loopt naar de beambte en vraagt of hij wat vragen mag stellen. De kerel vind het best, ze hebben ons al zien rijden en hij wil weten waar we vandaan komen.

Dan vertelt hij over de muur: hier is het niet veranderd sinds Trump er is want deze muur was er al, hooguit is de controle verscherpt. Als kind woonde hij al in deze stad en zijn tante heeft wel eens een mes op de keel gehad van een ontsnapte Mexicaan die bij haar in de auto sprong. Dagelijks klimmen er mensen over het hek, het aangeharkte zand maakt het makkelijker om dit te zien. Als ze opgepakt zijn dan worden vingerafdrukken en gegevens nagekeken en doorgegeven aan Mexico waarop de persoon weer over de grens gezet wordt. Hij en zijn collega’s zijn bewapend en dragen kogelwerende vesten. Wat me kort op het wapenbeleid in Amerika brengt dat totaal verschillend is met wat wij kennen in Nederland. In gesprekken met de Amerikanen vragen we er vaak naar en zijn er verhalen variërend over schietincidenten op scholen en in winkelcentra maar ook over de verlaten gebieden waar geen politie is of wel een agent maar die heeft een gebied van 400 kilometer te behappen….dan heeft 911 bellen soms geen zin. ? Terug naar de beambte en zijn verhaal, hij poseert voor de foto maar wil niet herkenbaar zijn.

We bedanken de vriendelijke kerel voor de vele informatie en rijden nog eens door het centrum waar het inmiddels drukker is zodat het nu helemaal goed opletten is welke baan we kiezen om niet in Mexico terecht te komen. Net naast de muur ligt een grote hypermoderne outlet mall waar we wat shoppen

(nee, deze werd het niet) en genieten van de lekkere Mexicaanse invloeden zoals deze zoete snack bij de koffie/thee.

Met een temperatuur van 30 graden op de meter verlaten we Calexico en zetten koers naar San Diego. We rijden weer door een bergachtig landschap en de camper houdt zich gelukkig goed op de vele hellingen. Voor het geval dat staan er om de paar honderd meter waterbakken. En die zijn nodig ook want er staan op 10 kilometer drie campers met kokende motor.

En plotseling, gewoon op de snelweg, een controlepost van de bordercontrol. Als er een illegale Mexicaan al Amerika in is gekomen wordt ie er hier waarschijnlijk nog uitgevist. Over etnisch profileren gesproken, wij worden snel doorgezwaaid, bij iedereen die er Hispanic uitziet moet alles open.

Na San Diego verlaten we de snelweg en haal ik opgelucht adem: zeven banen in en zeven banen uit deze drukke stad dat vergt best wat concentratie achter het stuur. ? Langs de kust rijden we tot de campground aan het strand in Encinitas. Helaas zijn er geen plekken aan zee meer beschikbaar dus rijden we door tot die in Carlsbad waar we wel geluk hebben. Het is zondagavond, de camper staat aan zee en met een Margarita genieten we van het geluid van de golven: mijn lover en ik.

Na zeven maanden zijn we terug waar we de plannen voor deze periode begonnen. De reis naar het verre stille Noorden waar ik best schrik van had en we uiteindelijk drie maanden bleven zo mooi was het! ❤️ ‘Dijks, nog even over mijn B&B, die gaat toch maar aan zee staan in plaats van de Yukon!’ mijmer ik. Hij schiet hard in de lach, ‘Lieve schat, je hebt nou al zoveel plaatsen genoemd, ik zou een hele keten beginnen!’ ? Maandagochtend pak ik mijn nieuwe aanwinst er maar eens bij en ga aan de slag met mijn body. Wat een luxe: een beetje aan zo’n touw trekken terwijl de pelikanen boven mijn hoofd vliegen, de surfers hun spel met de golven spelen en mijn lover een koffietje voor me zet. Nog twee hele weken te gaan….?